zaterdag 27 februari 2021

Kristinaknuffelkolder.

Als ik het even in alle ernst en zonder dollen bekijk, dan kom ik, na een beetje telwerk, op ondertussen toch al 13 maanden zonder knuffels. Sinds m'n verjaardagsfeestje begin februari 2020 heb ik absoluut niemand meer aangeraakt, en liet ik ook niemand mij nog aanraken. Ja, klopt: voor coronatijd was er sowieso al niet erg veel geflodder in mijn bestaan. De schaarse hoeveelheid lijfelijkheden bestond hoofdzakelijk uit de warme begroetingen van op bezoek komende vrienden, vriendinnen en familie. Een dikke zoen of een knuffel bij 't arriveren, en eventueel opnieuw bij vertrek. Af en toe al eens een troostende aanraking voor iemand die dat nodig had, steevast een hartelijke handdruk bij ontmoetingen allerhande, en een vluchtige begroetingszoen voor de kennissen of collega's. Dat zal 't zo ongeveer wel geweest zijn, dus ik was door de jaren heen eigenlijk al wel behoorlijk gewend aan dat stukje lichamelijk gemis... Maar, zo meer dan een jaar helemáál niks, goh, dat begint nu zo stilaan toch ook wel op me te wegen, hoor. Eerlijk waar: ik lig er soms wakker van.
Maar, da's ook weer een voordeel gebleken! 's Nachts, starend in het donker, komen altijd de meest gekke, ongelofelijke, grandioze en af en toe ook lumineuze ideetjes bij me op! Zoals enkele nachten geleden, toen ik opeens een veilige coronaknuffeloplossing bedacht! En ik leg u meteen uit hoe die in z'n werk gaat!...

Stap 1. Neem een jas met een kap, liefst in een niet al te dunne stof, zoals u hier bij mij op de foto ziet bijvoorbeeld: mijn vrolijke knalrode, tegen vocht behandelde regenjas.


















Stap 2. Trek deze jas aan, maar niet op de gewone, normale manier! Doe dat achterstevoren! Ik bedoel: zodanig dat de rugzijde van de jas vooraan zit, terwijl je je armen gewoon in de mouwen steekt. De kap hangt dan onder je kin. Ik laat het je zien op deze foto.
 

















Stap 3. Vervolgens zet je de kap op. Dat wil zeggen dat je gezicht nu IN de kap zit, alleen je achterhoofd is nog vrij. Normaal gezien heb je ruimte genoeg om gewoon te kunnen blijven ademen. En naar gelang welke shampoo je vlak voor de laatste regenbui gebruikte, ruikt het vermoedelijk nog behoorlijk aangenaam ook. Op de volgende foto kan je aanschouwen hoe het geheel er bij mij uitziet.


















Stap 4: als jouw geliefde knuffeldoelwit -al dan niet ook in zo'n omgedraaide jassituatie, dat is optioneel en volgens mij zelfs niet eens strikt noodzakelijk- zich ondertussen niet stiekem verplaatst heeft en je kan de persoon in kwestie op de tast -want je ziet uiteraard geen steek meer- terugvinden, dan kan het knuffelen beginnen! Hoera! Voor de bijhorende foto moest ik het, helaas pindakaas, met een ingebeeld iemand stellen... Zucht.


















Bonusopmerking: een variatie op 't thema. Mocht je, zoals ik, ook zo een volledig plastieken regenjas met kap ter beschikking hebben om dit knuffelideetje uit te proberen, dan heeft dat het voordeel dat je tijdens het vastpakken de andere persoon wél kan zien! Alleen zeg ik er dan, gestaafd door mijn persoonlijke, proefondervindelijke ervaring bij het maken van de volgende foto, eerlijkheidshalve bij: dit soort knuffels moeten steeds heel snel en bijzonder kort zijn! Ademen is namelijk niet echt een optie met zo'n plastieken kap langs voor op je snuit. Zeg achteraf niet dat ik u niet verwittigd heb, hé!


















Maar, ik zou mezelf niet zijn zonder: voor een paar seconden kon een stralende, doch in plastiek verpakte, 'ademloze' brede lach er uiteraard gerust nog wel af! 


















De afgelopen dagen bedacht ik me dat het eigenlijk toch wel gek is dat nog niemand anders op dit idee gekomen is. Het is zo simpel! Niet dan? 't Is een beetje alsof je een heel groot stoffen mondmasker over je hele lijf aantrekt. Een knuffelmasker. Met mouwen.
Volgens mij zou het ook écht wel kunnen werken... 't Is te zeggen, ik kan het je voorlopig nog totaal niet bewijzen: tot op heden heeft nog helemaal niemand, echt geen enkele levende lieve ziel, het met me willen uitproberen!... Spijtig. Gemiste kans, als ge 't mij vraagt. Misschien werd het, zoals zo vaak met zo van die nachtelijke lumineuze ideetjes van mij, gewoonweg lachend afgedaan en geklasseerd als 'Kristinakolder'. In dit geval dus 'Kristinaknuffelkolder'. ;-)

P.S. Mocht jij het, na het lezen van deze uiteenzetting, uitproberen en je bent er tevreden van, laat het me dan zeker weten, hé! ;-)

dinsdag 23 februari 2021

Pyjamadagen...

Hebt ge dat ook wel eens, zo van die dagen dat ge met de beste wil van de wereld precies maar niet op gang en uit je pyjama geraakt? Vroeger, toen ik nog uit werken ging, had ik dat gegarandeerd voor op een occasionele vrije dag, maar dan vond ik dat ik daar ergens wel recht op had. De voorbije jaren kwam zo een pyjamadag nog steeds met regelmaat voor, maar dan voelde ik me daar toch altijd een beetje schuldig over. "Weer een dag niks gepresteerd!", veroordeelde ik mezelf dan met enige schaamte, en vergat dat ik er eigenlijk gewoon dubbel en dik had van moeten genieten...
Sinds de corona en het zo stilaan eindeloze alleen thuiszitten, neemt het voorvallen van dat soort 'ik-heb-de-lamme-tamme' dagen systematisch toe. Zelfs al geraak ik op een deftig moment van de dag uit m'n nest, dan duurt het toch verrassend dikwijls tot ver na het middaguur voor ik écht uit de startblokken kom. Voor de noen ontbijten en koffie, dat lukt meestal behoorlijk goed, maar uit die pyjama geraken... Da's duidelijk een ander paar mouwen! En 't gebeurt dus hoe langer hoe vaker, lijkt mij. Alleszins op meer dagen in de maand dan ik zelf nog aanvaardbaar vind...
Uiteraard -dat spreekt voor zich- is het áltijd nét op zo een lanterfanterdag, als ik nog bijlange na niet goed wakker rondloop, onfris ongewassen, met m'n haar stijl 'coupe ontploft', en natuurlijk ook nog steeds in één of andere roze pyjama -eentje liefst zo comfortabel en dus versleten mogelijk- dat er iemand aan m'n voordeur staat, of veel erger: dat de postbode aanbelt met een pakje of aangetekend schrijven. Dan kan ik niet anders dan me, op een paar snel opgescharrelde sloffen en met m'n knalroze fluffy kamerjas stevig toegeknoopt over m'n pyjama, totaal gegeneerd naar de grote inkomhal van het gebouw te begeven. Elke keer weer schaam ik me zo ongeveer dood. 'k Durf de arme postbode van dienst amper recht aan te kijken ('k trok liefst van al het mondmasker nog verder, tot over m'n ogen of zo...), mompel steevast één of andere onnozele verontschuldiging voor m'n slonzige verschijning, en sluip vervolgens zo snel en onzichtbaar mogelijk terug m'n veilige appartement binnen. De gêne blijft altijd nog een tijdje plakken, zelfs als ik even later dan toch fris gewassen en volledig opgetaloord ben. Resoluut besluit ik op zo'n moment ook steeds weer 'dat dit me nooit meer zal overkomen!' en ik vanaf dan elke dag op tijd én uit bed én gewassen en aangekleed zal zijn! Een voornemen dat inderdaad een paar dagen na elkaar prima lukt, soms zelfs enkele weken, ... om dan uiteraard weer te verwateren.
Afgelopen vrijdag schuifelde ik, als vanouds dus, maar weer eens als een slome slak in roze pyjama en met een hete kop koffie in de hand door m'n kamers. Op een deftig tijdstip van de dag op snelheid geraken bleek nog maar eens net teveel gevraagd... En uiteraard, je zag het al aankomen natuurlijk: daar ging de deurbel! Yep, het was de postbode weer, met een aangetekend schrijven voor mevrouw Meganck en "of ik zeker m'n paske wou meebrengen".
Meteen weer helemaal ambetant met mezelf, totaal gegeneerd dat ik -"Verdoeme, stomme Kristina toch! Zijt ge niet verlegen?! Hoe dúrft ge!"- om 11u30 nog steeds in pyjama rondliep... Tja, niks aan te doen, hé. Ik schoot m'n pantoffels en m'n kamerjas aan, viste m'n identiteitskaart uit m'n handtas, haakte nog snel een mondmasker achter m'n oren en begaf me met een diepe zucht en een vervelend gevoel richting inkomhal.
De arme postbode -een jonge kerel, die ik nog niet eerder gezien had- stond voorovergebogen over een paar blauwe bakken met vele tientallen grote omslagen, allemaal dezelfde en allemaal aangetekend. Omdat er door de coronacrisis voorlopig geen algemene vergadering van eigenaars kan en mag doorgaan, maar onze syndicus wel het boekjaar moet kunnen afsluiten, mocht deze lichtjes paniekerige jonge postbode aan élke bezitter van een flats hier in het gebouw dus een dikke aangetekende brief ter schriftelijke goedkeuring van de boekhouding bezorgen! Daarvoor had hij in één keer bij zowat àlle bewoners aangebeld. Iedereen die thuis was -en dat waren er duidelijk nog behoorlijk veel- kwam dus net als ik naar de grote hal. Allemaal netjes met voorzien van een mondmasker en met de identiteitskaart in de hand, en... het grootste deel van hen, tot mijn verbazing en ongelofelijk groot jolijt, óók in pyjama of kamerjas!!!
Heel eerlijk: ik zag er nog best te doen uit in mijn volledig roze, alles fijn bij elkaar passende outfit! Tenminste naar mijn idee dan toch, hé. 'k Werd omgeven door een pak sjofele, bijna kleurloze badjassen, een heel stel totaal versleten sloffen en interessant wat bibberende blote harige mannenbenen. Alles onder een algemeen, bijna solidair, gevoel van gêne. Bij het zien van zoveel van mijn buren in dezelfde ietwat smoezelige toestand, direct begrijpend dat ik dus écht niet de enige ben die er zo nog bij loopt om 11u30 in de voormiddag, verdween mijn persoonlijke schaamte onmiddellijk als sneeuw voor de zon. 'k Zat meteen zo goed in m'n vel, dat ik de postbode zelfs nog even hielp met uitsorteren. Zo, gewoon, in m'n roze oude pyjama en m'n fluffy kamerjas, met m'n haar overhoop en ongewassen. 

't Is dus wel duidelijk nu, dat het voor steeds meer mensen lastiger wordt om hun dag te beginnen in deze rare tijden... Ja, dat gegeven is inderdaad wel een beetje verdrietig, maar ondertussen moet ik er toch nog altijd een beetje om lachen ook, om al die pyjama's en kamerjassen in de hal. En 'k ben oprecht gelukkig dat ik dat mocht meemaken afgelopen vrijdag. Af en toe is het gewoonweg héérlijk om er nog eens aan herinnerd te worden dat ge niet de enige 'menselijke' mens zijt, hé... Lang leve de pyjamadagen! ;-)

Pyjamadagen


donderdag 18 februari 2021

Gewekt door de bel.

't Is twee uur 's nachts en ik slaap al enkele uren warm ingestopt in m'n roze bed. De plots schallende deurbel, die in de stilte van het duister tien keer luider klinkt, rukt me abrupt weg uit dromenland. Ik schrik zodanig dat ik, totaal van mijnen à propos overeind zittend tussen de vele kussens, vrees dat ik het me ingebeeld heb. Voor alle zekerheid hijs ik me zuchtend in m'n sloffen, grabbel m'n knalroze kamerjas van de kapstok en schuifel enigszins verward richting voordeur. De videofoon geeft beeld en het lichtje staat op blauw: er heeft dus inderdaad toch iemand aangebeld! Om twee uur 's nachts! Maar er is niemand te zien op het beeld. Even wacht ik achter m'n voordeur of er ondertussen misschien iemand anders opendeed en ik door het spionnetje mogelijk iemand de lift in zie stappen. Niks. Volledige nachtelijke stilte. Het gebouw slaapt. "Bizar", denk ik bij mezelf, drink een slok water in de keuken en slof moe terug richting warme lappen.
Nog maar net raakt m'n zitvlak de matras als opnieuw m'n deurbel de rust aan flarden schreeuwt. Met in mijn achterhoofd al direct allerlei scenario's van diverse noodsituaties -in 't gebouw, met de familie, vrienden,...- trek ik een kort sprintje richting videofoon. Opnieuw zie ik slechts een stuk van het gebouw en geen persoon op de videofoon. Ik druk de knop om te spreken in en vraag luid en duidelijk een aantal keer "Hallo! Hallooo! Is daar iemand?!"
Buiten het beeld zegt een mannenstem nogal kortaf en ongeduldig: "Doe eens open!" Geen introductie, geen 'pardon' of 'goedenacht'. Niks van dat. Slechts een snibbig "Doe eens open!" Ik antwoord vriendelijk maar kordaat dat ik om twee uur 's nachts niet zomaar voor gelijk welke vreemde de voordeuren van het gebouw open, en dat hij zich dan eerst maar eens kenbaar moest maken! Er verschijnt een jongeman met halflang zwart haar en een kleurige trui in beeld. Meteen begint hij een verwarrende uitleg over 'op één of andere verdieping wonen', 'ergens een deur opengelaten te hebben' en 'sleutels zoeken'. Alles door elkaar met halve zinnen en, omdat hij niet vlak voor de microfoon praat en bovendien geen seconde stil staat, bijzonder moeilijk te verstaan. De helft van zijn explicatie ontgaat me volledig. 
Ik reageer met "Maar ik ken u helemaal niet, ik heb u nog nooit gezien." Dat geeft eigenlijk geen uitsluitsel, want ik ken echt niet iederéén die hier woont, zoveel volk, en 't wisselt hier ook nogal eens... Maar, zo om twee uur 's nachts: vooral zo weinig mogelijk risico nemen! Door mijn overduidelijke argwaan verliest de jongeman, zenuwachtig en licht verhit als hij van in 't begin al was, nu pas helemaal zijn geduld en schreeuwt: "Verdoeme, loemp wijf, doet die deur open! Ge zijt toch de conciërge veur iet, of wa! Stoeme trut!" 
Ik trek bijzonder grote ogen -goed dat die videofoon maar ik één richting beeld geeft- maar repliceer zelfzeker met een grimmige kalmte en duidelijk voelbare ingehouden koleire dat ik ten eerste de conciërge niet ben, maar de búúrvrouw van de conciërge, een buurvrouw die om twéé uur 's náchts gewoonlijk, zoals de meeste normale mensen, diep in slaap is; en ten tweede, dat als hij wil dat ik of de conciërge of gelijk wie voor hem de voordeuren van 't gebouw open, dat hij dan echt wel onmíddellijk een héél stuk beleefder mocht zijn, want dat hij anders sowieso buiten op de trap kon blijven staan!
Bon, veel hielp het niet, dat voelde ik zo. 'k Had kunnen zeggen wat ik wou, het maakte weinig verschil. Die gast zou vermoedelijk de ganse nacht blijven aanbellen, bij mij of bij zowat iedereen in 't gebouw -kan hem het wat schelen-, of erger... Dus na zijn totáál onoprecht gemompelde "Sorry voor 't storen, mevrouw" heb ik toch de deuren maar geopend. Door het spionnetje van mijn persoonlijk voordeur zag ik hem duidelijk heetgebakerd met grote passen richting lift stappen. Hij rukte de liftdeur open en... bleef staan, met de deur in z'n hand. Hij bewoog een paar keer heen en weer: één voet in de lift, terug een stap achteruit, en opnieuw, en nog eens. Bizar! Heel bizar! Tot slot besloot hij -god mag weten wat er zo beangstigend aan of in de lift was dat het hem belette om in te stappen, ik ben niet gaan kijken- om toch maar liever met de trap naar boven te gaan. Ik zag hem op z'n slippers de hoek om gaan en bleef, een beetje m'n kluts kwijt, nog even achter m'n voordeur staan om het hele voorval toch minstens een klein beetje uitgesorteerd te krijgen in m'n hoofd.
Terug in m'n ondertussen al afgekoelde bed -zo jammer- wou de slaap niet meer komen. Bruusk midden in de nacht gewekt worden, daar kunt ge behoorlijk van slag van zijn, hé. En even stevig en op de koop toe geheel onterecht uitgescholden worden, dat helpt ook niet echt. Daar bovenop ging mijn soms veel te verbeeldingskrachtige brein zwaar worstelen met gedachten als 'wie heb ik nu eigenlijk binnengelaten?', 'zou die hier wel echt wonen?', 'als er nu maar geen criminele feiten gepleegd worden door die vent!', 'heb ik m'n buren nu in gevaar gebracht?!'... Allé ja, te zot om los te lopen eigenlijk, 'k weet het, maar toch... Ik neem mijn verantwoordelijkheid altijd, hé, en 'k ben immer bezorgd over het welzijn van zowat ál mijn medemensen. Niks aan te doen, zo zit ik gewoon in elkaar.
En wat doe je dan, als je midden in de nacht klaarwakker zijt, en uw kopke u niet met rust laat? In mijn geval: achter de computer kruipen en over de hele geschiedenis een blogje schrijven! Uit elke situatie iets positiefs destilleren! Woeha! 't Zal wel zijn, zo kent me ondertussen toch al een beetje, hé?! Voilà dus, bij deze, speciaal voor u: alweer nieuw spannend leesvoer! Joepie!
Ondertussen is het al voorbij vier uur in de ochtend. Mijn lijf is doodop en mijn nek schreeuwt om rust. 'k Ga nog even, om mijn brein te sussen, extra checken of m'n voordeur goed op slot is en dan zal slapen zo stilaan toch wel weer lukken, denk ik. En, mocht dit verhaal alsnog een staartje krijgen, dan schrijf ik dat uiteraard ook nog voor u neer! Beloofd! ;-)

Epiloog:
Klokslag 9 uur vanochtend wekte dezelfde deurbel me opnieuw uit een bijzonder diepe slaap. Van 't verschieten plakte ik zowat tegen het plafond van de slaapkamer. "Nondedoeme, daar is 'em terug!!!" was 't eerste dat er met lichte paniek door m'n hoofd schoot, maar 'k realiseerde me gelukkig bijna onmiddellijk hoe laat het al was. De immer vriendelijke en superbeleefde mannen van Rentokil, die voor de controle van de verplichte muizenvallen altijd bij mij hun ronde starten, stonden voor de deur. 'k Ben toch nog maar efkes terug gaan liggen na hun snelle inspectie, ... om me, iets na 10, opnieuw een klein hartattackske te verschieten van de plots rinkelende telefoon!... 'k Ben dus een beetje groggy en halfgaar vandaag. Maar dat gaat wel weer over met eens een nachtje goed slapen. ;-)



dinsdag 16 februari 2021

Geef eens een zangeres cadeau...

Als je moeder 90 jaar wordt, wat geef je haar dan in 's hemelsnaam?!... Dat was een prangende vraag die dochter Ingrid zich niet zo heel lang geleden stelde. Maar naar verluid zou ze haar creatieve zelf niet geweest zijn, mocht ze hierop niet een minstens even vindingrijk antwoord gevonden hebben!
Omdat haar moeder ontzettend veel van opera hield, belde Ingrid haar eigen goede vriendin van al vele jaren. Deze vriendin, Els genaamd, had namelijk een lichte voorkeur voor allerlei mooie, doch meestal klassieke muziek, en mogelijk kon zij daarom helpen om het lumineuze plannetje van Ingrid tot uitvoering te brengen...
"En wat was dan wel dat plan?", zal je je nu vermoedelijk nieuwsgierig afvragen. Heel eenvoudig maar daarom nog niet zo simpel: een operazangeres vinden om a capella -dat betekent 'zonder instrumentale begeleiding'- in de tuin van haar ouderlijk huis minstens een dik half uur operamelodieën te kunnen en willen komen zingen! Zelf kende Ingrid, totaal niet thuis zijnde in die wereld, zo absoluut niemand, maar Els misschien wel. Een voortgaande op het relaas van Els achteraf tegen mij, want ik was er uiteraard op dat moment niet zelf bij, heeft ze op die vraag toen met meer dan laaiend enthousiasme geantwoord: "Soliste boeken? Slechts één adres! Voor zoiets, daar is er maar één die ge moet vragen! Namelijk niemand minder dan de enige echte Kristina Meganck!!!" 
Els, die ik zelf al een tijdje ken van het opluisteren van verschillende middernachtmissen, met kerst dus, jaren geleden, stuurde me daarop een mail met het verzoek. En... zo kwam het dat ik op een onverwacht zonovergoten, doch desalniettemin ijskoude dinsdag, eind januari 2021, goed warm aangekleed, met een vrolijk gepluimde hoed op en een mapje partituren onder de arm, bij 'chauffeur van dienst' Els in de auto stapte en richting Kontich gevoerd werd.
Mijn goede vriendin Lena woonde, zo bleek vooraf al, vlak achter de hoek van het concertadres, en deelde maar wat graag in de feestvreugde. Ze zou meteen ook foto's voor me schieten, want zoiets speciaals leg je natuurlijk graag ter herinnering vast.
Heel eerlijk: de zenuwen gierden door m'n lijf, tot op het kotsmisselijke af. Uit de besprekingen vooraf had ik overduidelijk kunnen opmaken dat Ingrid niet goed wist wat wel en wat niet onder de term 'operamuziek' viel, en dus eigenlijk geen idee had waaraan ze zich kon verwachten. Daardoor maakte ik me werkelijk hele grote zorgen of dat programma onder mijn arm écht wel de juiste muzieksoort voor de jarige dame was... Je zal daar maar staan met je Puccini, Bizet en Mozart, terwijl er verondersteld werd dat het bijvoorbeeld, ik zeg zo maar wat, Lehár en Offenbach zijn! Aaaargh! Nachtmerries heb ik ervan gehad, echt waar. Ik ken wel 't één en 't ander uit het hoofd, maar zo een eventueel nodige 'totale programmaswitch à la minute', da's echt wel iets om wakker van te liggen... En het spreekt voor zich dat ik als grote cadeau liefst zo gepast en fantastisch mogelijk wilde zijn.
Ondanks de erg lage temperatuur smolten mijn zorgen meteen bij aankomst al als sneeuw voor de zon. Ik had -volledig in de service inbegrepen- kleine programmablaadjes uitgeprint en de titels die erop stonden bleken onmiddellijk, en nog voor ik ook maar één noot gezongen had, een bijzonder perfect schot in de roos. De jarige werd, breed glunderend, samen met haar echtgenoot aan het openstaande schuifraam van de veranda geïnstalleerd, allebei lekker ingeduffeld in hun jas, en elk ook met een warme deken op schoot, klaar om in alle comfort en vanop de eerste (en ook enige) rij van het nakende privéconcertje te genieten.
Vooraf had ik via Els toch ook nog even gecheckt of de buren wel verwittigd werden. Kwestie van de politie niet op ons dak te krijgen wegens 'burengerucht', of ongeautoriseerde samenscholingen... Of de brandweer, dat was ook nog een mogelijkheid, mocht men een operazangeres uit volle borst en a capella verdacht veel vinden klinken als een overmaatse kat die in een boom vast zit. Ge weet het niet, hé...
Enfin, dat had Ingrid eveneens prima geregeld: de buren waren niet alleen op de hoogte, ze bleken na haar uitleg van het plannetje enthousiast genoeg over dit speciale geschenk om, iedereen vanuit z'n eigen tuin, mee te komen luisteren.
Er moest nog heel even gewacht met zingen om enkele lieve mensen met wensen, bloemen en geschenkjes te laten passeren, maar dan, dan weerklonk eindelijk mijn eerste noot, en terstond wist ik dat het goed zat. Niet alleen met mijn zingen, hoor. Altijd fijn als het een beetje koud is, dan zingen die allerhoogste noten zoveel makkelijker, dus dat zat zeker prima, maar ik bedoel eerder: dat het goed zat met het hele gebeuren, echt goed. 
Van de echtgenoot weet ik het niet zo goed, maar ik denk toch dat hij, heel stilletjes en onopgemerkt, zich het hele gebeuren liet welgevallen, blij met het geluk van zijn wederhelft. Ingrid bevond zich als vastgenageld op het bankje buiten naast de veranda. Ze had veel verwacht... maar niet zóveel! Helemaal onder de indruk dus. Els genoot op haar manier, altijd een beetje ingetogen, maar zeker ook met dat stukje extra trots van 'Ik had je toch gezegd! Of niet soms?!' En Lena maakte, als immer fiere vriendin blij voor mij, zo onopvallend mogelijk vanuit alle denkbare hoeken foto's. Achteraf vertelde ze me dat ondanks het feit dat ze me al vaker heeft horen zingen, ik haar toch nog enigszins had doen verschieten -gelukkig op een geweldig positieve manier- met de fenomenale hoeveelheid decibels die ik produceer bij het zingen van m'n operafavorieten, en hoe mooi het was eens van heel erg dichtbij getuige te zijn van hoe integraal en als verrukt ik met hart en ziel opga in de muziek die ik op zo'n moment zelf voortbreng. Da's trouwens iets waarvan ik achteraf toch ook altijd weer even moet afkicken...
"En degene waarvoor dit hele persoonlijke geschenk uitgezocht werd?", zal je je natuurlijk ondertussen gespannen afvragen. Wel, v
an de eerste tot de laatste seconden hing de 90-jarige mevrouw met een ongelofelijk hemelse glimlach op het gezicht aan m'n lippen. Geen seconde heeft ze van me weggekeken. Niets verstoorde haar aandacht. Ze durfde zelfs amper bewegen, volgens mij. En ze genoot. Ze genóót! Zelfs een blinde had het kunnen zien. Ze straalde gewoon. Heerlijk toch?! Met zo een zalig publiek steek je als zangeres met veel plezier nog een tandje bij. Daar in die doodgewone tuin, midden op het zompige gazon, netjes op een serieuze afstand van het publiek (ik geloof dat het minstens 6 meter moet zijn, voor een zanger zonder mondmasker...), vechtend met de zotte wind om mijn partituren en de felle zon die me af en toe even verblindde, gaf ik het beste van mezelf, en nog wat. En ik genoot er meteen ook fenomenaal van m'n longen nog eens stevig open te zetten. Zo mogen álle concerten, groot of klein, dat maakt me niet uit, gerust voor me zijn! Zaaaaaaaalig!!!
De oprechte dankbaarheid was groot en alom. Zelfs de buren kwamen nog even op straat felicitaties uiten aan mijn adres. We namen uitgebreid en hartelijk afscheid van iedereen, en buitengewoon opgelucht over het uitzonderlijk goede verloop van dit kleine, unieke evenement stapte ik, terstond ook doodmoe van de geleverde krachtinspanning (je mag niet vergeten dat ik door de coronacrisis dit soort muziek al meer dan een jaar niet meer gezongen had...), opnieuw in de warme auto bij Els, die me, nog gezellig napratend, terug veilig en wel thuisbracht. 
'k Had door alle maatregelen betreffende covid-19 het afgelopen jaar weinig of niks qua optredens, maar geef toe: als ik dan tóch nog eens een performance heb, maakt niet uit van welk formaat, dan is het meteen een knaller van je welste, hé!... ;-)


vrijdag 12 februari 2021

Verjaardagsterugblik.

"It's my party, and I'll cry if I want to, cry if I want to, cry if I want to. You would cry too, if it happened to you!" 'k Veronderstel dat je daar mogelijk al van een zekere leeftijd voor moet zijn, maar misschien ken je dit liedje (uit 1963 en gezongen door Lesley Gore) nog wel. Hoe dan ook, een kleine twee weken geleden dreunde dat onophoudelijk door mijn hoofd. De tekst gaf namelijk volledig weer hoe ik mij voelde over mijn op handen zijnde 55ste verjaardag. Allé, 't is te zeggen: alleen het refreintje, hoor. De rest van de song gaat over het op je verjaardag kwijtspelen van je lief aan één of andere slinkse liefjes-stelende juffrouw. En als ge geen lief hebt, gelijk ik dus, dan is dát al zeker iets dat niét fout kan gaan bij de verjaardagsfeestelijkheden... hihihi
't Verdriet zat hem eigenlijk eerder in het ontbréken van festiviteiten. Dit jaar door alle beperkende maatregelen geen familiefeestje, geen huis vol vriendinnen, niet uit eten of ergens heen... Met kerstmis hadden we nog getracht iets voorlopig te plannen, in de vorm van een piepklein etentje of iets dergelijks, maar de donderse covid-19, die uiteraard op zo'n moment weer eens wat feller om zich heen gaat grijpen, stak ook daar weer een stokje voor... En dus zag ik 't 55 worden nogal zwartgallig tegemoet. En dat jaren 60 plaatje draaide bijgevolg grijs in mijn brein.
"Allé!", zult ge zeggen, "da's ook ni van uw gewoonte, om zo pessimistisch te zijn..." Tja, af en toe vallen die coronabeperkingen 
zelfs mij minder licht. 'k Ben ook maar ne mens, hé. Maar 'k had inderdaad beter moeten weten...
Misschien juist omdat ik er zo ontzettend weinig van verwachtte: het is een bijzonder lang uitgesmeerde, echt fenomenaal feestelijke en zelfs werkelijk memorabele verjaardag geworden! Niks beter dan de ene verrassing na de andere, vind ik, en daarvan was de hele week boordevol!
Op de 2e februari zelf kan ik me steeds verwachten aan een telefoontje voor dag en dauw: mijn moeder die me uit bed belt om 'Lang zal ze leven' te zingen! Vaste prik. Er zijn nog zekerheden in 't leven! hahaha
Goed da'k toch vroeg op wou staan, want Roger moest en zou, ondanks alle mogelijke risico's, toch even binnenspringen. En dan moest m'n huis opgeruimd natuurlijk, en gestofzuigd uiteraard. 't Was meteen duidelijk: hij had het er écht alles voor over om hier te geraken: exact om 10u (stipt als hij altijd is) stond hij volledig doorweekt te druipen in m'n halletje. Al fietsend een ware stortvlaag over zich heen gehad, ocharme. Niks dat een warme droge handdoek, een heerlijk dampende kop koffie en een handvol (erg vroege) chocolade paaseitjes niet goed kan maken, maar toch... Reuze gezellig, zo even in persoon bijkletsen met je beste vriend! En ik kon meteen met bijzonder veel fierheid het cadeau laten zien waar hij mee voor betaald had: mijn nieuwe bestek! (lees ook het blogje 'Action aversie') En... goedgekeurd met stip!
In de namiddag mocht ik een bezoekje van vriendin Betty verwachten. En jawel, daar ging de deurbel! Op de videofoon zag ik alleen een grote bos bloemen, maar opende desalniettemin toch maar de deur. Tegen bloemen zeg ik zelden of nooit 'nee', hé. En wie kwamen daar giechelend en grappend binnenvallen? Mijn zus Jacinta en mijn moeder! Verrassing!!! Amai, ja, dat had ik echt niet kunnen bedenken. Behalve die mooie bos flora brachten ze ook een chique fles cava mee, en die werd als vanzelfsprekend meteen soldaat gemaakt, met nog wat van die paaseieren erbij. Toen even later Betty alsnog aan de bel hing, met een reuzegrote mand fruit, ging zowat het dak eraf, zoveel gelach en gekakel! Heeeeeeerlijk! De buren dachten vast dat hier ne man of 20 zat... Maar, we waren slechts met 4 en zaten elk, heel netjes, zover mogelijk uit elkaar, ieder in een hoek van de kamer, aan alle kanten op ongeveer een meter van de grote tafel. De mondmaskers gingen telkens maar even af voor een volgende slokje bubbels, en dan meteen weer op. 't Was gezellig, echt supergezellig. Ik voelde mij verwend, en ontzettend geliefd.
De hele dag lang stond ook de telefoon niet stil. Familieleden en vrienden, die, zelfs al hadden ze al een kaartje gestuurd -ik ontving er een stuk of 10, allemaal om ter mooist!- toch ook nog even persoonlijk felicitaties wilden laten horen. Ondertussen raakte ook m'n mailbox vol, en Facebook ontplofte zo ongeveer. Ik maak er een punt van om iedereen apart te bedanken voor z'n wensen. Dus, na in 't gezelschap van de poezen m'n feestmaaltijd (frietjes uit den oven) vingerlikkend 
te hebben opgepeuzeld, zat ik, genietend van de rest van de nog halfvolle fles cava, tot diep in de nacht aan de laptop om de in totaal meer dan 240 berichten te lezen en te beantwoorden. Zalig! Ja, zoals ik al zei: verwend en geliefd! Absoluut.
De dag na mijn verjaardag deed ik alles nog eens lichtjes over: vriendin Lena kwam af! Om te beginnen een paar uurtjes gezellig tateren en ginnegappen bij veel lekker warme koffie vergezeld van een smakelijke fruitwafel en, voor de afwisseling, Valentijnshartjes in chocolade (alle feestdagen door elkaar hier bij mij, blijkbaar...). Tegen etenstijd kraakten we een volgende uitstekende fles cava, geschenkje van m'n oudste broer David, en smulden we even later van een overheerlijke, aan huis geleverde verse pizza van de beste pizzeria in Deurne en omstreken! (voor 't geval ge ze ook eens wil uittesten -een beetje sluikreclame op z'n tijd mag wel, ze sponsoren tenslotte ook de kerstconcerten- Pizza Pasta Concept). De fraaie messenset die Lena me cadeau deed, konden we hierop, jammer genoeg, nog niet testen, want onze pizza's kwamen reeds netjes in 8 spieën gesneden... 
Wil je geloven dat ik er een beetje moe van was, van al die evenementen? Goed dat er een dagje rust tussen mocht vooraleer goeie vriend Jef op de koffie kwam. Ook Jef was duidelijk zeer tevreden over het cadeau waaraan hij mee betaald had. Maar typisch Jef: hij moest en zou tóch nog wat extra's doen! En 'k had nog zo gezegd dat ik dat niet goed vond, en al helemaal niet nodig. "Ge wordt maar één keer 55, en da's toch een speciaal getal!", snoerde hij mij lachend maar kordaat de mond. Uit de grote doos, die ik heel voorzichtig en een beetje emotioneel uitpakte, kwam een geschenkdoos met strik en in gouden letters 'Dior', en daarin zat een flinke fles van de eau de parfum J'adore en de bijhorende bodylotion. Ik ruik dat heel graag en 't past ook perfect bij m'n huid, maar 'k zou dat nooit voor mezelf kunnen kopen. Als ik aan zoiets überhaupt al zoveel geld zou willen en kunnen uitgeven... Heel bijzonder om nu zo verrukkelijk te ruiken. 'k Ben er precies nog niet helemaal goed van! ;-)
Via mail en Facebook kwamen er nog steeds lieve berichten binnen, plus nog 2 kaartjes in de brievenbus. Zoveel mensen die de moeite nemen om me even iets te laten weten... Het ontroert me nog steeds. Zeker nu we elkaar nog amper spreken, laat staan zién. Ongelofelijk! Amai, ik ben zeker weten niet vergeten, in tegendeel zelfs! Wauw, wauw, WAUW! En dank je wel! DANK JE WEL!!! 'k Zeg het nóg eens: verwend en geliefd, zo voel ik me.
Ja, 'k had er niet veel van verwacht, maar wat een spetterende verjaardag is het geworden, zeg! Er valt eigenlijk slechts één klein minpuntje te vermelden: zodanig opgaand in al die fantastische verrassingen en feestelijkheden, vergat ik helemaal om alles en iedereen op foto vast te leggen. Het blogje moet het dus met wat minder beeldmateriaal stellen, vrees ik... Maar verder alleen maar superfijne dingen om op terug te blikken en te koesteren. En dan vooral deze twee: 1. ik kan gerust te allen tijde positief blijven denken en optimistisch zijn, en 2. er zijn verdoeme veel mensen die mij wreed graag zien! Kortom, ge moogt gerust zijn: ik kan weer verder voor een jaar. Woehoe! ;-)


woensdag 10 februari 2021

Vrolijke laarsjes.

Het afgelopen jaar ben ik steeds vaker dingen te voet beginnen doen. Even naar de bakker, of naar de apotheek, brieven naar de rode postbus brengen en pakjes ter verzending naar het benzinestation... Zelfs boodschappen doe ik zonder rijwiel! Tenminste als ik niet al te veel mee moet slepen en sleuren... Als je tijd zát hebt, waarom zou je je dan in 's hemelsnaam haasten? Ik sprong al die tijd eigenlijk nog slechts op m'n fiets als 't écht vooruit moest gaan of heel dringend was, of als ik een heleboel of erg zware dingen ging ophalen of wegbrengen. M'n ouwe trouwe stalen ros begint zo stilaan trouwens behoorlijk op leeftijd te zijn en mag dus gerust wat vaker op stal blijven. En ik, ik geniet ondertussen volop van m'n bijna dagelijkse wandelingetjes. Soms stap ik met plezier en goeie luim in gestrekte pas stevig door, pomp op die manier meteen fiks wat extra zuurstof in m'n longen en voel m'n wat vergeten been- en bilspieren nog eens ferm. Op een ander moment kuier ik op m'n gemakje door de straten en neem dan extra veel tijd om de beplanting van tuintjes en plantsoenen te bewonderen, en de immer bezige vogeltjes in bomen en struikgewas te spotten.
"Ja", zult ge zeggen, "groot gelijk! Tenminste, als 't schoon weer is, of toch in elk geval droog..." Maar, geloof me, 't weer maakt me helemaal niks uit. De zon op m'n bolleke is leuk, natuurlijk, maar stiekem kijk ik tegenwoordig ook echt wel uit naar zo van die grijze regendagen! Of zoals nu, deze week: van die zeldzame onvervalste winterse sneeuw- en ijsdagen. Ja, ik meen het, hoor, serieus.
Als er geen wind is, heb ik op zo'n dag nog eens reden om één van m'n vrolijke paraplu's uit m'n enorme en kleurrijke collectie mee te nemen. Altijd plezant! Als het een stormachtige regendag is, of ik heb gewoonweg geen zin in 't omhooghouden van een regenscherm, en net een beetje te koud voor m'n knalrode regenjas met kap, dan zet ik één van mijn grote baretten op. Roze, grijs of zwart, immer passend bij m'n outfit natuurlijk en altijd met een extra versiering -bloem of broche- erop gespeld. Vervaardigd uit een soepel doch stevig vilt van echte wol houdt zo'n hoofddeksel zelfs in de gietende regen m'n hoofd nog behoorlijk lang droog. Allé, 't is te zeggen: gewoonlijk begin ik er na een tijdje wel flink onder te zweten, zodat m'n haren er alsnog kletsnat vanonder komen. En kriebelen en jeuken dat het dan ook doet... hihihi
M'n uitmonstering wordt, behalve door qua kleur bijpassende sjaal en handschoenen -uiteráárd- in het winterseizoen steevast vervolledigd door één van mijn 2 licht gewatteerde zwarte winterjassen: de wat vlottere korte, of de extra warme lange, die bijnamen heeft als 'mijn donsdeken' en 'mijne slaapzak'. 
En tot slot, maar zeker niet onbelangrijk: sinds vorige zomer blijven mijn voeten, eindelijk, ook lekker droog en warm dankzij m'n vrolijke regenlaarsjes!
Jarenlang ben ik op zoek geweest naar zulke laarsjes. Als vanzelfsprekend wou ik absoluut rode, of roze, of met bloemetjes, of... Als 't maar vrolijk was! En dat bleek niet zo simpel. Als ik er, tussen de overvloed van groene, grijze en zwarte, al eens ergens tegenkwam, dan paste gegarandeerd de schacht niet over m'n brede kuiten. 't Moesten dus korte bottekes worden, dat was al snel duidelijk. Op 't internet vind je zowat álles, ook zo van die vrolijke laarzen, met werkelijke de meest 
fabelachtige prints en fabuleuze kleuren, maar... aan wat voor prijzen?!?! Tja, mijn volledige boodschappenbudget van een maand had ik er nu precies ook weer niet voor over om kleurrijke droge voeten te bezitten... Maar, de aanhouder wint, en afgelopen zomer vond ik ze, één paar knalrode én één paar zwarte met roze roosjes, super vrolijke, échte "katchoe bottinekes", op een ondertussen geliefde tweedehandssite, perfect passend én aan een uitzonderlijk goede prijs! Ik kan m'n geluk nog steeds niet op!!!
Vroeger kon je me in de regen zien wandelen, nauwlettend zigzaggend tussen de plassen door. En het heeft even tijd gekost om me die jarenlange gewoonte weer af te leren, want ik vergat steeds dat het niet meer moest. Maar nu, nu kan je me zien wandelen in de regen, nauwlettend zigzaggend zodat ik vooral geen enkele plas gemist zou hebben! Het ongelofelijke, bijna stiekeme genoegen van vol en ongegeneerd door élke plas -en hoe groter, hoe liever- te waden, of, als ik 't zot helemáál in de kop heb, te springen zelfs, is gewoonweg zaligmakend! Dit misschien kinderachtig aandoend vermaak vervult me steeds weer met een intens welbehagen, en weet me altijd weer in verrukking te brengen. Af en toe denk ik bij mezelf da't maar goed is dat we een mondmasker moeten dragen: zo wordt het grimmige regenhumeur van de eventuele passant niet verstoord door die ongelofelijk brede, niet uit te vegen, geweldig ondeugende tandpastasmile van mij. Ze zouden zich misschien nog méér gaan ergeren, hé...
Nu er al een paar dagen ferm wat sneeuw ligt, kan m'n geluk al helemaal niet meer stuk: eindelijk kon ik die vrolijke laarsjes pas écht testen! Het rode stel zit nogal smal aan de voet, dus daar pasten niet echt een paar dikke sokken in, maar de roze-gebloemde, die van zichzelf al met een stevig warm zooltje kwamen, die verschaften een dikke-sokken-voet met plezier toegang. 
Zelfs voor mij is 't moeilijk te beschrijven hoe heerlijk die eerste echte sneeuwwandeling voelde. Er vielen nog steeds een massa hele fijne vlokjes uit de lucht, en de schrale wind blies die ijskristallen keihard in de kleine stukje nog blote gezicht van me. En het deerde me geen ene sikkepit! De verse dikke laag sneeuw kraakte fantastisch onder de uitgesproken ingesneden profielzolen. Af en toe zakte m'n kleurrijke, -en niet onbelangrijk- droge en warme voeten tot aan m'n enkels, zo diep, in de witte donzige deken die nu over mijn wereld lag. Voorzichtig voetje voor voetje schuifelend over de her en der blootgeblazen ijslagen bleken de laarsjes zelfs daarop zoveel meer grip te geven dan gelijk welke andere schoen. O, hoe heerlijk allemaal! Ik kan er maar niet genoeg van krijgen!... En nu loop ik mezelf de hele tijd gniffelend te bedenken dat 't verplicht dragen van een mondmasker écht wel uitstekend van pas komt: mogelijke voorbijgangers zouden met enig ongerustheid voor de volksveiligheid en gegarandeerd met de snedige opmerking "oek goe zot!" misschien wel eens de 'mannen met de witte frakken' kunnen bellen, bij 't aanschouwen van met die niet weg te bránden, bijna idioot gelukzalige grijs, die zich, begeleid door een stel van die stralende twinkellichtjesogen, van oor tot oor uitstrekt op mijn zo mogelijk nóg meer dan anders overgelukkige snuit... gniffel gniffel
Ja, geloof me, de wereld en het leven zien er onmiddellijk een stuk kleurrijker uit, je hebt meteen een heel pak minder te klagen en zoveel meer redenen om gelukkig te zijn, als je jezelf simpelweg trakteert op vrolijke regenlaarsjes! ;-)
(O, dan moet ik mezelf er eigenlijk ook nog eens een keer blauwe kopen. En ja, misschien een paar turquoise ook nog! En... hihihi) ;-)





zondag 7 februari 2021

Ijskoude schoonheid.

Eigenlijk stond er totaal iets anders gepland om over te schrijven vandaag, maar soms... Soms komt er iets tussen dat je écht niet wil overslaan!...
Gisterenavond verdween ik voor een paar uur volledig in een nogal meeslepende film. Helemaal opgeslorpt door de emoties op de beeldbuis was er al die tijd geen seconde van mijn aandacht naar m'n omgeving gegaan. Ik schrok dus nog geen klein beetje, toen ik, zuchtend nog bijkomend van zoveel alteratie, een blik naar buiten wierp en verrast een compleet witte wereld zag!
Ja, 'k weet het: ze hadden inderdaad sneeuw voorspeld, ja. Maar hoe vaak is er van dat soort voorspellingen al iets van aan geweest? Gewoonlijk vielen er dan twee vlokken, die niet eens bleven liggen, en dat was dat. Echt niet de moeite om jezelf op te verheugen of zo. Maar nu, nu was het dan toch waarheid.
De nacht scheen een stuk minder donker. Gevolgd door de twee poezen haastte ik me van kamer tot kamer om vooral geen enkele venster te missen en het bijzondere spektakel zeker van alle mogelijk kanten te bekijken en te bewonderen. Ik ging zelfs even bovenop de poef staan om te checken of ook de tuin áchter de bosjes wit kleurde, en wie weet zélfs de vijver... 't Was mooi. Overal waar ik keek: alleen maar een prachtig nachtelijk sneeuwlandschap, en nog steeds heel fijne vallende kristallen. Een wereld stil en vredig, onder die witte donzige deken. Het kostte me ontzettend veel moeite m'n blik ervan afgewend te krijgen en uiteindelijk toch maar eens in bed te kruipen. De gordijnen liet ik open, met het bijna kinderlijke idee dat ik anders wel eens iets zou kunnen missen van die ijskoude schoonheid. Heu... ja, inderdaad: in mijn slaap dus, met mijn ogen toe. Enfin, ik slaap nooit goed met de gordijnen open. Veel te licht. En nu zeker met die witte tuin daarbuiten. Maar dat kon me niks schelen: elke keer ik me omdraaide en half wakker werd, richtte ik m'n hoofd op om er toch nog snel even een glimp van op te vangen vooraleer verder te dommelen. De poezen begrepen er weinig van. Al zaten ze zelf met hun neus tegen het raam en hun lijfje goed uitgespreid op de fluffy poezenmatjes warm op de radiator het hele gebeuren nauwlettend gade te slaan...
De ochtend kwam en het sneeuwde nog steeds. Ongezien! Nog eens écht sneeuw! Dus toch... En koud! De thermometer op het terras wees -5° aan. Da's lang geleden dat ik dat zag. "Daar gaan m'n geraniums!", dacht ik even verschrikt met een tikkeltje verdriet. Maar 'k herinnerde er meteen achteraan dat ik me slechts één dag eerder nog luidop voornam al die oude, triest ogende, wat ongelukkige groenvoorziening eens stevig te vernieuwen. Dus: loslaten en genieten van het nu, van de schoonheid van het winter wonder land. In de lente kon ik me dan vast weer verheugen op een zalig uitstapje naar m'n vele geliefde plantenwinkels, al dan niet er meteen een hele dagtrip met een goeie vriendin van makend. En daarna het fantastische plezier om heel m'n lange overvolle terras weer eens vrolijk te beplanten en te herschikken. Mooie vooruitzichten, dus geen stress over de vrieskou. Eens goed vriezen is sowieso ook prima tegen die verschrikkelijke plagen vraatzuchtige insecten van de laatste jaren. Da's alleen maar mooi meegenomen.
Met m'n stevige mok dampende koffie in de hand stond ik voor het grote raam in de woonkamer van het bijna smetteloze uitzicht te genieten, de poesjes eveneens buitengewoon geïnteresseerd naast me op de radiator en de grote krabpaal. In alle kamers van m'n flat stroomde een overvloed aan helder licht naar binnen, zo ontzettend veel meer licht dan op een doodgewone sneeuwloze dag. Het deed geweldig deugd na die vele letterlijk en figuurlijk donkere dagen. Alles kikkerde er terstond van op, vond ik, en het voelde zalig. En plots merkte ik nóg een voordeel van deze heerlijke laag witte bedekking op. Zoveel teksten en gedichten beschrijven hoe de sneeuw alle lelijkheid van de wereld met schoonheid bedekt en onzichtbaar maakt. Zo is het dus ook met alle naar beneden gekomen en tussen het struikgewas en grote keien verzamelde afval in de tuin! Je ziet er totáál niets meer van. Heeeeerlijk! 
Er zou nog net een beetje moeten bijvallen om ook nog die blauwe plastieken groenten- of fruitbak te bedekken, die als laatste nog halsstarrig met een paar felgekleurde boven de sneeuw uitstekende hoeken weerstand tegen het tijdelijke verdwijnen blijft bieden... Voorspellen ze nóg sneeuw? 'k Zal het eens moeten opzoeken straks.
Maar eerst even naar buiten, met dikke sokken en een warme trui, op het terras plaatjes schieten. Even die koude witte glinsterende schoonheid daarbuiten trachten vast te leggen op foto. Iets wat uiteraard nooit écht lukt naar mijn idee... Toch al zeker niet met mijn mobiele telefoon.
De sneeuw ligt tot op m'n bakje. Hij bedekt de laatste planten in de bloembakken en spreidt een koud dekentje over de donkere natte potgrond. De nootjes en zaadjes in het vogelhuisje lijken bestrooid met poedersuiker, en het water in de drinkbakjes is nog net goed voor schaatsende vogeltjes, vrees ik. De grote pijp, die regenwater van de bovenliggende terrassen afvoert en die altijd ook vochtig is aan de buitenkant -geen idee waarom- is volledig bezet met een dikke laag artistiek broebelend ijs. Het nog steeds omlaag druppelende water vormt zelfs verschillende fraaie ijspegels. Sinds ik hier woon, en dat is ondertussen toch alweer zeven jaar, heb ik zulks nog nooit gezien. Mooi allemaal! Zo mooi!
"En geen enkel voetspoor bederft het maagdelijk sneeuwtapijt in deze tuin waar niemand komen mag!", constateerde ik met een gelukzalig gevoel, "zelfs niet eens ergens poezenpootafdrukjes of vogelprintjes! Zo ongerept en puur..." Ik vond het fantastisch, maar 't was weer de hemel verzoeken natuurlijk, zulke gedachten... Eén minuutje weer binnen zag ik tot mijn afgrijzen een ongekende man in werkpak voorbij mijn terras heen en weer door de sneeuw baggeren en even later verdween hij, uitschuivend over de gladde keien bedekt met ijs en sneeuw, licht vloekend langs het andere gebouw de tuin uit. Ja, laat het dus toch nog maar een stevig pak bij sneeuwen, niet alleen voor die stomme blauwe bak, maar nu dus ook voor die voetsporen! Verdorie. ;-)
Daarstraks moest ik nog even m'n vuilniszakje buiten zetten. "Pas op!", zei iemand die net weer binnenkwam van hetzelfde klusje, "de trap is spekglad!" Blijkbaar had iemand gedurende de dag wel een poging gedaan een gedeelte van de treden vrij te maken van sneeuw en ijs, maar die moeite was duidelijk voor niks geweest en absoluut niet opgewassen tegen de vrieskou en sneeuwval: nog net geen spiegel, die trap! En levensgevaarlijk dus ook... Met heeeeel voorzichtige stapjes raakte ik heelhuids beneden én ook weer terug boven en binnen. Maar, zelfs dat 'gevaar' had me niet kunnen beletten ondertussen volop genietend rond te kijken naar die ijskoude witte pracht aan de voorkant van het gebouw. Ondanks het autoverkeer, wandelaars en spelende kinderen zag het er toch ook nog steeds bijzonder sprookjesachtig uit. Ja, deze sneeuwlaag liet zich duidelijk niet zomaar wegwerken! Ze is er, en... ze blijft duidelijk nog even! Hoera. ;-)





vrijdag 5 februari 2021

Action aversie.

Meer dan 30 jaar lang gebruikte ik hetzelfde rode bestek. Dat rode bestek van zeer goede kwaliteit stond zoveel jaar geleden ter gelegenheid van mijn eerste huwelijk op de geschenkenlijst -toen terug te vinden op 't bovenste verdiep bij den 'Innovation' aan de Groenplaats in Antwerpen, ondertussen ook al niet meer bestaande- en paste perfect bij het destijds door ons beiden uitgekozen bijzonder trendy, achthoekige zwarte servies met rode rand, een servies dat minstens 20 jaar geleden ook al de deur uit vloog...
Als je mij al een beetje kent, dan weet je dat ondertussen de kleur roze toch echt wel mijn voorkeur heeft, en dat zoiets o.a. terug te vinden is in mijn huidige servies: dat witte, met gouden randje, en vooral met heel veel róze roosjes. Een servies dat ik de voorbije decennia volledig zelf op 't gemakje bij elkaar verzamelde in tweedehandswinkels en op rommelmarkten. U begrijpt meteen dat, in mijn ogen althans, dat rode bestek hier absoluut niet bij past. Je zou zelfs kunnen stellen dat ik vind dat het vloekt.
En ja, ik kocht wel eens een keer of 2, 3 een volledig roze bestek, maar de kwaliteit die mijn portemonnee kon betalen, liet meestal zodanig te wensen over, dat het hele zootje na één keer gebruiken al richting tweedehandswinkel of rommelmarkt mocht. En dan haalde ik zuchtend dat -gelukkig nog bijgehouden- kwaliteitsvolle rode bestek maar weer boven.
Maar, geduld loont! Een paar weken geleden kocht ik, 
ter gelegenheid van mijn verjaardag gesponsord door lieve vrienden Roger en Jef, op een tweedehandssite -nieuw zouden we dit zelfs met ons gedrieën nooit van ons leven kunnen bekostigen- het bestek van mijn dromen! In perfecte staat, bijzonder elegant qua ontwerp, van een fenomenaal Frans kwaliteitsmerk (dat nog steeds bestaat), gemaakt uit zeer mooi en duurzaam materiaal -allesbehalve brol dus, dit gaat zeker ook weer 30 jaar mee-, en... niet onbelangrijk uiteraard: roze! Hoera!!! Nee, niet van dat knal-bam-pijn-aan-de-ogen-kitsch roze, maar parelmoer-met-verschillende-schakeringen, elegant en warm roze. Heeeeeeerlijk!
Met reeds een heel klein beetje lente in mijn hoofd mestte ik de voorbije maand al een groot deel van m'n keukenkastjes uit, en wat mocht blijven, staat er nu bijzonder keurig en praktischer dan ooit bij. Maar aan de keukenladen kwam ik nog niet toe. Nu echter, zo met dat prachtige nieuwe bestek, én op de koop toe een geweldige fuchsia gekleurde set professionele keukenmessen -verjaardagskado van lieve vriendin Lena- kon dat klusje écht niet langer uitgesteld! Maar je legt natuurlijk al die fraaie aanwinsten niet in zo'n ouwe vergeelde en versleten bestekbak... Als we dan toch aan vernieuwingen toe zijn, dan maar meteen volledig en 'tegoei'! Ha ja.
De keukenbenodigdheden in mijn huis kleurden door de jaren langzaam maar zeker zowat allemaal naar fuchsia roze. Als iets aan vervanging toe was, zocht ik telkens naar een nieuw exemplaar in de juiste tint, en genoot ondertussen met volle teugen van zowel de zoektocht naar als het uiteindelijke ontdekken en aanschaffen van. 
Aldus begon een dikke week geleden de zoektocht naar dé bestekbak, liefst niet al te duur en -en dat had u vermoedelijk ondertussen zelf al bedacht- vanzelfsprekend een roze. 
Bij 'De Krak' was men volop aan het verbouwen en herschikken. Overal rekken volgepropt met de meest uiteenlopende en wonderbaarlijk ongekende spullen, meestal aan verbluffend kleine prijsjes, maar... jammer genoeg: geen bestekbak. "Die komen nog binnen", zei de vriendelijke meneer aan de kassa. "Goeie reden om nog eens een keertje terug tussen al die snuisterijen te komen rondneuzen", verlekkerde ik mezelf alvast stiekem en bedankt hem voor de info.
Vanmiddag scheen de zon zo aanlokkelijk dat ik, met m'n zoektocht in het achterhoofd, een uitstapje naar 'den Action' wel een fijn idee vond, en ik genoot van het kleine fietstochtje. Zeker weten. Maar...
Onmiddellijk bij het oprijden van de parking voor de winkel zag ik die enorme rij mensen, ongeduldig om binnen te mogen, staan aanschuiven 
in een stevig zigzaggend dranghekkenlabyrint. Potverdorie, dat viel vies tegen! Bij die mogelijkheid had ik helemaal niet bij stil gestaan. "Och", dacht ik moedig bij mezelf, "ik ben nu toch al hier, 'k heb tijd, en eenmaal in de winkel zal het dan wel meevallen." Ik parkeerde m'n fiets en zette mezelf netjes achteraan de rij wachtenden. En, 't ging wreed goed vooruit. Achteraf bekeken, eigenlijk verdacht goed...
Al snel bleek het enige dat de file kooplustigen in werkelijkheid ophield het vrijkomen van een verplicht winkelmandje was! En die mandjes, die bleken er in overvloed te zijn: volgens mij liep erbinnen zo mogelijk nog meer volk rond dan in niet-coronatijden!!!
Echtparen die samen heel uitgebreid de weg versperrend hele rekken leeg grabbelden, overal wild spelende kinderen met absoluut geen respect voor andermans spullen, bazige brede vrouwen met hoofddoeken die je zonder enige schroom of besmettingsbewustzijn bruusk opzij duwden om toch maar dat ene product te pakken te krijgen, gangen propvol mensen, geen doorkomen aan, rommel absoluut overal, werkelijk alles door elkaar, personeel dat, hoe hopeloos dat ook leek, schijnbaar onvermoeibaar opnieuw en opnieuw orde trachtte te scheppen... Aaaaaargh! In welk winkelslagveld was ik nu onverhoeds terecht gekomen!? Met de adrenaline van een lichte paniekaanval slalomde ik gezwind van links naar rechts, dook ik fluks onder of over plots opduikende obstakels en scheurde ik, het onwillige winkelmandje op wieltjes dan weer eens hoog optillend, dan weer nukkig en ruw achter me aan sleurend, richting kassa, richting uitgang, onderweg redelijk onbeschaafd toch nog stevig wat poezensnoep en een hele lading ontsmettingsgel mee grissend, om tenminste nog iéts positiefs over aan dit tochtje door de hel over te houden... Want, uiteraard, alsof het zo moest zijn, wat had je anders gedacht: niet één bestekbak te bespeuren, en al zeker geen roze!
De angst in m'n ogen moet duidelijk zichtbaar geweest zijn voor de fantastisch vriendelijke juffrouw aan de kassa. "Druk, hé, niet te doen eigenlijk, maar wij zijn dat ondertussen hier al wel gewend!", sprak ze me warm en geruststellend toe terwijl ze haar handen keurig ontsmette vooraleer mijn aankopen te scannen. Ik knikte bevestigend, wat ongemakkelijk giechelend en wreed zwetend achter m'n masker, liet van puur stress bijna al m'n kleingeld vallen en kon, na toch nog een snelle 'dank u wel', niet snel genoeg met m'n boodschappen de winkel uit spurten. De rij wachtenden buiten had zich ondertussen zo mogelijk nog verdrievoudigd!...
De twee fietsen die, totaal onbedachtzaam, vlak voor mijn rijwiel neergepoot waren en mij een snelle exit ontnamen, moesten het bijna ontgelden. Nog net de grimmige mengeling van angst, frustratie en walging onderdrukkend schoof ik ze, met veel ontsmettingsgel op m'n handen, haastig aan de kant. Ik moest weg van daar, weg, WEG, zo snel en zo ver mogelijk! "Om nooit, nooit, NOOIT nog naar terug te keren!", gruwelde ik m'n benauwdheid en koude rillingen heftig wegtrappend op de pedalen. Den Action? Nee bedankt! Absoluut geen denken meer aan! Ik ben er echt helemaal klaar mee. Pure horror, als ge 't mij vraagt. Brrrrrr...
"En die bestekbak dan?", vraag je je misschien nog af. Wel, 'k heb er ondertussen, heel simpel, eentje online gezocht, gevonden én gekocht. Geen zoektocht meer, jammer inderdaad, maar wel meteen de goeie prijs, de juiste kleur en... vooral: zonder gedoe 100% veilig aan huis geleverd! Wat moet ne mens nog meer hebben?... ;-)