dinsdag 29 maart 2016

En zij fietste. Gezwind en opgepompt!

Toch makkelijk al meer dan een jaar knoeft ik langst de wegen, zuchtend en puffend mezelf met moeite vooruit krijgend op m'n fiets. Af en toe staken zelfs stokoude mevrouwtjes me op hun al even oude rijwiel met gemak voorbij...
Meestal verweet ik m'n slakkengangetje aan al die, ietwat overbodige, extra kilootjes aan m'n lijf, en aan m'n conditie, die vermoedelijk zeer ver beneden alle peil ligt. En ondanks die fysieke bedenkingen trapte ik mezelf toch noest verder door straten en lanen, al dan niet aan alle kanten behangen met zware pakken en zakken vol boodschappen.
Mogelijk had m'n tweewieler nood aan nieuwe tubes, want naar mijn gevoel liepen ze precies toch wel erg snel leeg. Alle vijf voeten stond ik alweer in de garage met dat prullerige handpompje te friemelen om toch minstens een bescheiden zuchtje lucht extra aan de rubber toegevoegd te krijgen. En elke keer moest ik, hijgend en zwetend van de minùtenlange pompinspanning, ontgoocheld constateren dat het buitengewoon weinig verschil maakte. Met enige gelatenheid en de zucht 'dan zij het maar zo' sleurde ik mezelf maar weer verder op die bijna luchtloze gummi. Het zou wel aan mij liggen...
Vanwege die steeds welhaast bovenmenselijke inspanning bij het oppompen van banden en ander opblaasbaar spul stond er al een paar jaar zo een voetpomp op m'n verlanglijstje. Maar telkens ik in een winkel kwam waar ik die eventueel had kunnen kopen liet mijn geheugen me in de steek... 
Tot 2 weken terug dus. Een geweldige aanbieding bij Lidl: fraaie voetpomp, mét allerlei opties en voor een formidabele lage prijs.
En ik had geluk: tegen de tijd dat ik, zo vreselijk vroeg in de morgen, en uiteraard op die platte-banden-fiets, in de vertrouwde supermarkt aankwam, waren ze bijna allemaal verkocht. Er restte er nog slechts ééntje! 
Zo snel ik kon gritste ik die allerlaatste pomp uit het rek en trok ik een sprintje naar de kassa, het ding in m'n armen knellend als scoorde ik een bijzonder waardevolle schat, waarvoor er -zeker weten- nog massa's andere kapers op de kust zouden zijn...
Terug thuis natuurlijk meteen uitgeprobeerd! Wat had je gedacht!?... 
Wonderbaarlijk moeiteloos, met amper een keertje of vier pompen, stonden de beide fietsbanden kei-, maar dan ook écht kei-hard. Ge-wel-dig!!!
Wauw, zo is dingen opblazen een fluitje van een cent natuurlijk!... 
Bij het eerste proefritje duikelde ik nét niet pardoes met fiets en al het struikgewas in: het nogal plots ontbreken van elke vorm van wrijving met het asfalt verraste me behoorlijk... En elk putje, bultje of andere mogelijke en onmogelijke oneffenheid in de bestrating pleegde een meedogenloze aanslag op m'n -toch adequaat voorzien van 'vulling', dacht ik- arme zitvlak... 
Maar, het ging vooruit! Amai! Het ging zelfs verbazend goed vooruit! Alsof ik plots over het wegdek vlóóg, met verbijsterend weinig inspanning.
Tja, wat wil je met die combinatie van vlot bollende wielen en beenspieren die maandenlang ongeweten loodzware trainingen moesten ondergaan... 

Fietsen is, hoera, geen afmattende corvee meer. Ik zoef weer -wiiiiiiiiieeeeee, zie mij gààn- volle gas vooruit, gezwind en opgepompt langst de wegen. 
Echt, nooit gedacht dat iets, ogenschijnlijk zo onbelangrijks als een fietspomp, zulk een formidabel verschil zou maken in m'n leven... ♥ ;-)


maandag 28 maart 2016

Paasmaandag, verwaterd en weggewaaid .

Op Paaszondag stak de storm op. De fenomenale rukwinden, hier nog door de kolkbeweging tussen de appartementsblokken versterkt, deden de poezen van angst diep in hun mandjes wegkruipen en bezorgden mij een slapeloze nacht. Zelf nét niet weg waaiend terwijl ik m'n geliefde planten op het terras veilig probeerde te stellen voor die woeste, alles vernietigende wind, besefte ik, daar in het halve duister, door die wild om me heen flapperende zwarte kamerjas en m'n onstuimig alle kanten uitwaaierende haren, hoe ook vandaag de dag nog heksenverhalen en legendes kunnen ontstaan... hihihi
Paasmaandag begon met bijzonder weinig enthousiasme. De storm ging daarbuiten nog steeds te keer, af en toe viel de regen met bakken naar beneden. Mezelf wegrukken uit de koesterende warmte van m'n bed en het verlangen naar meer slaap, het viel niet mee, maar vanmiddag werd ik, naar aloude gewoonte, voor het Paasfeest verwacht bij ons moe.
Een paar decennia geleden ontstond immers de traditie om elke paasmaandag met z'n allen -broers, zussen, partners en kinderen- af te zakken naar het ouderlijk huis in de Schoolstraat. Er werd lekker gegeten en gesnoept, behoorlijk wat bubbels-wijn-bier gedronken, natuurlijk ook uitgebreid gelachen en gezwansd, en uitgelaten als kleine kinderen van de kermis genoten. 
De voorbije 2 jaar lukte dat nog, zelfs zo zonder onze va. En we spraken halvelings af om élk jaar een grote roze suikerspin ter zijner ere te eten.
Maar, het huis is verkocht, ons moe is verhuisd en verhoudingen binnen de familie verschoven. Persoonlijk verwachtte ik, een beetje naïef eigenlijk, slechts een verandering van locatie... Niets was minder waar.
Omdat m'n oudste broer met z'n familie ging skiën en de jongste broer met z'n vriendin de zee en het strand verkoos, wat ik hen uiteraard gun, ook al begrijp ik het niet helemaal, dacht ik een nieuwe traditie te starten: terug een uitgebreid toerke over de jaarmarkt lopen -zeker 15 jaar niet gedaan- en daarna, van bij ons moe in het nieuwe appartement, één hoog, met een hapje en een drankje in de hand, gezellig passanten spotten op diezelfde markt daar beneden. Dat deden we lang geleden ook toen grootmoe in een gelijkaardig appartement woonde, dus ergens zou dit tóch een beetje de voortzetting van een traditie zijn, hé. Doch die driftige storm stak er een stokje voor: de markt werd weg- en daarom ook af-geblazen, voor het eerst in 168 jaar...
Dan maar rechtstreeks richting moeder. M'n jongste zus en haar vriend waren er al. Altijd méér dan aanwezig, die 2, zeker als er te eten valt, maar tegenwoordig vooral in de decibels waarmee ze eindeloos in herhaling vallend honderduit over hun aankomend huwelijk tateren. En van zodra er niets meer te bikken valt en we beginnen afwassen moeten ze plots naar huis, dringend T.V. gaan kijken... Vaste prik is dat. Je kan er je klokje op gelijk zetten. hihi
Gelukkig waaiden m'n oudste zus Jacinta en haar man Eric nog net op tijd binnen om het feestje te redden met gezelligheid, ambiance, grapjes, leuke en ook ernstige verhalen, en fotootjes. De zon begon er zelfs van te schijnen! 
We overwogen even om met z'n vieren alsnog naar de kermis te gaan, gewoon zot en onnozel, maar daar was het ondertussen nét een beetje te laat voor geworden. Sorry va, dit jaar geen suikerspin dus...
Tja, oude tradities, ze verwateren of waaien weg. Er resten slechts de straffe verhalen van 'weet je nog toen'... 
Paasmaandag, het zal nooit meer hetzelfde zijn, maar wie weet groeit een klein detail van vandaag wel uit tot een nog ongekende traditie met z'n eigen sterke vertelsels. Desnoods lanceren we een nieuwe legende, hé, die van die Paasmaandag lang lang geleden, toen de Storm-Heks van den Bosuil voor het eerst te zien was!... ;-)
wink-emoticon



dinsdag 22 maart 2016

Ochtend met twee gezichten.

De tram liet 20 minuten op zich wachten. Maar omdat ik, rekening houdend met de mogelijke wispelturigheid van het openbaar vervoer, steeds met een ruime marge richting werk vertrek, liet ik het m'n humeur niet bederven en genoot van de fraaie blauwe ochtendlucht met de vele witte schapenwolkjes. Hoe fijn ook dat het om 6u30 al weer licht is. Op de tram had ik, juist vanwege de vertraging een super gezellig gesprek met de opgewekte mevrouw naast mij, onderweg naar haar werk in het Justitiepaleis. Conny, zo heette ze, en ze vertelde me ook dat ze vorig jaar kanker overwonnen had, maar morgen toch weer testen moest ondergaan omdat er mogelijk opnieuw uitzaaiingen zijn...
De bus richting Edegem zat af en toe muurvast in het op dit uur voluit losgebarsten stadsverkeer en ze zat, wat had je gedacht, ook vol met luid kakelende dames en luidruchtige jongeren. Maar het deerde me vandaag niet. 
Vrolijk meedeinend op de klanken van m'n favoriete Elbow-concert, dat nét luid genoeg via m'n smartphone-oortjes m'n hoofd vulde, bewonderde ik het voorbij glijdende landschap. De zon begon z'n best te doen en strooide gul licht en warmte over de vele lentebloeiers. Fiere grote gele narcissen, nederige krokusjes en grappige mini-paasbloemetjes, de fréle roze bloesem op het zwarte hout van de wilde pruimelaars, de statigheid van de witte en donkerroze magnolia's en overal schitterende camelia's in alle mogelijke kleuren. De wereld geurde als nieuw, zo heerlijk lentefris en de lucht zinderde van al het vrolijke vogelgezang. Breed glimlachend en met een absoluut zalig gevoel arriveerde ik op m'n werk.
Maar deze gelukzaligheid spatte als een roze bubbel uit elkaar bij het nieuws over de zelfmoordaanslagen in Zaventem en Brussel. Terreur, zo dichtbij. En toch ook zo veraf, want hoe kan je dat ten volle vatten? Hoe plaats je dat? Hoe ga je om met zoveel machteloosheid en verdriet? Wat doe je met de angst die je dan voelt, want ja inderdaad, ik moet toch ook elke dag 2 maal door de metro in Antwerpen passeren...
In de ondertussen aangenaam warme lentezon en met een prettig fris briesje in m'n rug vertrok ik vanmiddag weer huiswaarts. De bloemen bloeiden nog steeds vol overgave, de vogels concerteerden nog steeds dat het een lieve lust was. Niets leek veranderd. Aan niets kon je merken dat er zich die zelfde ochtend zulke tragedies afgespeeld hadden. En toch voelde het anders...
Antwerpen leek een door politiemacht onder de voet gelopen stad. 
2 ontzettend luide knallen deden me, wachtend aan de tramhalte, van schrik naar adem snakken, maar die kwamen gelukkig 'slechts' van de machines op de enorme werf aan de Frankrijklei... Oef.
Luister, ik twijfel er sterk aan of al die aanwezigheid van politie en leger überhaupt verschil maakt voor gelijk welke (zelfmoord)terrorist. Hoe simpel drukt iemand ongezien op een knopke in z'n jaszak, laat hij of zij ergens een koffertje achter of wie weet ontploffen ze wel via een afstandsbediening... 
En als je tijd om te gaan gekomen is, dan kom je zowiezo toch te gaan, geloof me. Dat geldt voor iedereen. Geen ontsnappen aan, zoveel is zeker.
Maar, en dit meen ik absoluut, het verheugt me, nog steeds, oprecht en onbeschaamd dat me die heerlijke zaligmakende en vooral totaal onschuldige ochtend gegund werd. En het doet me nogmaals schrijven wat ik al zo vaak met jullie deelde: leef je leven vandààg en ten volle, laat al wie je liefhebt nù nog weten hoeveel je wel van ze houdt, stel vergiffenis en het oplossen van gelijk welke wrevel niet uit tot morgen, en geniet tot diep in alle vezels van je lijf van elk mooi moment dat je te beurt valt, hoe onbeduidend het ook mag zijn, want, meer dan ooit, het kan altijd je lààtste moment zijn...
En dat gezegd en geschreven: weet dat ik blij ben jullie allemaal te mogen kennen. Ieder van jullie draagt op z'n eigen manier een beetje bij in mijn leven en heeft daarom een warm plekje in m'n hart. Ik stuur jullie veel goede moed en positiviteit, wees niet bang maar wel voorzichtig in die grote boze wereld, en vergeet vooral niet te genieten van dit ondanks alles toch wonderbaarlijk en magisch leven. :-)



maandag 21 maart 2016

Hou je mond dicht en ontspan.

Een beetje benauwd over wat hij wel zou kunnen vertellen of besluiten maakte ik uiteindelijk toch een afspraak bij een andere kaakchirurg, ééntje warm aanbevolen door mijn eigen bezorgde tandarts.
Meer dan 2 jaar na die kaakoperatie die 'nodig' was om die vele jaren met blokjes goed te kunnen afronden sukkel ik immers nog steeds met een hele reeks grote en kleine 'mankementjes'.
De chirurg bestudeerde nauwgezet heel het door mij meegebrachte dossier en ook de 3D CT-scan, die aan het begin van m'n afspraak deze middag van me gemaakt werd, in zo'n toestel dat toertjes rond je kopke draait, waarna hij zich neerzette achter z'n grote bureau en aandachtig en welwillend naar heel de uitgebreide, af en toe nogal ingewikkelde, story luisterde.
Goed, ik mocht in de tandartsstoel en hij onderzocht minutieus m'n kaak, gewrichten, gebit en mondholte. En z'n extra vragen en uitleg daarbij lieten uitschijnen dat er, inderdaad, zoals ik al die tijd al zelf beweer, 't één en 't ander absoluut anders en zelfs beter had kunnen ge(d)(g)aan zijn... Tja.
Bon, over m'n kaakgewrichten dan. Logisch dat die pijn doen en ik m'n mond alleen maar in etappes kan openen, of toch met minstens wat stevig geknal en geplop, en af en toe zelfs helemaal niet: de discussen in de gewrichten zitten niet meer op hun plaats. Vermoedelijk deels door het getrek en gesleur van zowel de orthodontist als van de vorige chirurg, maar zeker ook door m'n ontzettend strakke kaakspieren, gevolg van zanger zijn in combinatie met 'klemmen' door aanhoudende stresstoestanden. 
Met andere woorden: 't is nogal complex en dus niet direct simpel op te lossen. Maar het verklaart meteen wel de aanvallen van hevige oor-, hoofd-, tand- en nekpijn en zelfs de occasionele onverklaarbare keelpijn. Daar moet ik me dus alvast geen zorgen meer over maken.
Ik kreeg, om te beginnen, een voorschrift voor de kinesist mee, voor 2 x 9 sessies stabilisatie- en ontspanningsoefeningen voor 'temporomandibulaire dysfunctie', ook simpelweg 'TMD' genoemd. 
Pas daarna kunnen we serieus die steeds opnieuw afbrekende voortanden van me bespreken. Mits de kaak zich naar wens ontspant en de discusjes terug in hun plekje floepen lost het probleem zich misschien vanzelf op. Zo niet worden het vermoedelijk 4 kronen van 600 euro élk!... Aaargh! God beware me!...
Ondertussen ook nog een MRI-tje gaan laten maken aub en, 'k moest er even serieus van slikken, voor dit bezoekje graag meteen even 145,- euro neertellen. Dank u wel! Dag mevrouw!
En om zelf alvast te starten op de weg naar beterschap kreeg ik nog een flyer in de hand gedrukt met, voor mij dan toch, hilarische tips. 
Tip 1: "kaakgewricht zo veel mogelijk laten rusten", m.a.w. Kristina, hou je in godsnaam snater! Tip 2: "vermijd de mond ver te openen zoals bij geeuwen en lachen", m.a.w. Kristina, stop onmiddellijk met dat eeuwige gelach en zing vanaf nu met je mond dicht! Tip 3: "gebruik je tanden niet om iets te bijten, snij alles in kleine stukjes en kauw langzaam aan de meest pijnlijke zijde". De meteen in m'n hoofd schietende zotte giechel-ideetjes bij dat 'bijten' ter zijde, in combinatie met Tip 4: "nuttig geen hard of taai voedsel, maar wel puree, appelmoes en dergelijke" betekend dat zoveel als: Kristina, terug naar het 'geweldige' vloeibare en gepureerd voedsel, meid, zoals die vele maanden na de kaakoperatie! Och arme ik, nog steeds zooooo blij dat ik weer pistoletjes en toast kon genieten... Zucht. hihi
Trouwens, als je me de komende tijd de hele dag over m'n kaken ziet wrijven dan pas ik Tip 5 toe: "masseer de meest pijnlijke zones en gebruik een hotpack of warm kersenpittenkussen om de doorbloeding te verbeteren".
Voor wat het waard is -je koopt er op zich niks voor- het is een heel fijn gevoel dat iemand m'n ervaring geloofd en bevestigd. Dat versterkt m'n hoop op het vinden van de juiste oplossing. Ge kent me: altijd positief blijven denken, hé.
En, zo blij en enthousiast als een kind op kerstochtend, reed ik, door deze visite bij het ziekenhuis, vanmiddag voor het eerst mee met zo'n nieuwe Hermelijntram. Die zoefden me al wel vaker voorbij in de metro, maar je merkt maar pas hoe ontzettend lang die zijn als je er zelf in zit. Op een echt bijzonder comfortabel stoeltje trouwens. Ik heb niet alleen met volle teugen van dat tramritje genoten, maar ook met m'n volledig ontspannen mond netjes toe. hihihi 't Hoeft niet allemaal kommer en kwel te zijn, hé. ;-)


Als je meer wil lezen over Temporomandibulaire Dysfunctie:


woensdag 16 maart 2016

Portefeuilleperikelen.

Vanmiddag op de bus trok de bijzondere verschijning van een jongeman, ik schat hem vooraan in de dertig, mijn bijna volledige aandacht: hij droeg een echt fascinerende en prachtige Dali-snor!* Nooit gezien en 't stond hem prima. En hij trok nét niet àl m'n aandacht, want ik had ook nog een beetje oog voor het vertederende beeld van een wat oudere man met een kindje op schoot, ik veronderstel grootvader en kleinzoon, duidelijk niet echt gewend om de bus te nemen. Een beetje onhandig dus, maar op een ontroerende manier.
Eén halte voor mij stapten ze af, zowel die fraaie snor als dat schattige duo, en gingen elk hun eigen weg. Terwijl de bus zich terug in beweging zette begaf ik me, zoals gewoonlijk, alvast op 't gemakje richting uitgang en zag op het stoeltje waar die man met het jongetje gezeten had een grote bruine portefeuille liggen. Uit een achterzak gevallen veronderstel ik...
Bezorgd haastte ik me ermee naar de buschauffeur, een sympathieke jonge Marokkaanse man, die, geweldig verbaasd over zoveel eerlijkheid en medeleven, meteen zwaar op de rem ging staan en z'n voertuig uit sprong om te kijken of die man ons misschien niet in paniek achterna gelopen kwam. Maar spijtig genoeg: hij was niet meer te bespeuren...
In de dikke portefeuille zat, behalve veel bankkaarten en geld -allé, 't is te zeggen: naar mijn maatstaven dan toch, hé...- gelukkig ook een identiteitskaart. De ondertussen al helemaal mee ongeruste chauffeur verzekerde me dat hij op z'n terugweg, zo ongeveer een kwartiertje later, aan de overkant van de halte weer even zou stoppen om uit te kijken naar de eigenaar van het verloren voorwerp en dat het anders prima, ik moest er zeker niet aan twijfelen, terugbezorgd zou worden door zijn dispatch. 
En hij vervolgde weer snel zijn onderbroken traject want ondertussen had zich reeds een lange toeterende file achter z'n bus gevormd.
In het zonnetje verder wandelend naar m'n werk bedacht ik me dat ook ik eigenlijk wel even had kunnen teruggaan op zoek naar de eigenaar van de portefeuille, of eventueel het belangrijke kleinood ook had kunnen posten van op m'n receptie, aangetekend en wel, of het toch minstens naar het politiekantoor wat verderop had kunnen brengen... Tja, mogelijkheden zat, maar ik heb het terugbezorgen in de handen van die buschauffeur gelegd. En hopelijk is ook hij een eerlijke en medelevende mens. Uiteindelijk is het enige dat echt telt dat deze portefeuilleperikelen een happy end kennen. 
En dat, dat ga ik dus vermoedelijk nooit te weten komen... ;-)



* U weet wel, kunstenaar Salvator Dali
     en zijn beroemde snor.

vrijdag 4 maart 2016

Bamboe in m'n hand, tuin in m'n hart.

Koud en nat van dat soort miezerige neerslag het woord regen niet waardig sneden ons moe en ik vorige week maandagnamiddag een dikke bundel stokken van de metershoge bamboe. Regelmatig gebruik ik zo'n onverwoestbare stengel om zowel binnen als buiten allerlei planten in toom te houden. In een tuincentrum kosten die dingen een klein fortuin en nu, met de verkoop van het ouderlijk huis en dus ook van de grote tuin, verdwijnt mijn toegang tot deze razendsnel groeiende en uiteraard gratis voorraad van die voor mij onmisbare hulpstukken. Eigenlijk had ons moe hier totaal geen zin in maar ze begreep dat ik, na maandenlang vragen me nog van een mooie reserve voor de komende jaren te voorzien, nu echt geen nee meer wou horen, ik stond er op.
En het werd nog een leuk moment, zo samen worstelend met die onwillige en supertaaie rietsoort. Vooral misschien omdat ik, om kracht te kunnen zetten bij het snijwerk, niets vermoedend steun zocht bij een ogenschijnlijk dikke stevige stengel, die, hoe kon het ook anders, prompt afknapte waardoor ik languit op m'n buik in de modder viel. Dat was lachen, hoor! Hilarisch!
Langst het pad heen en weer naar het bamboebos viel het me op dat er overal al weer nieuwe blad- en bloesemknoppen en kwistig gezaaide lentebloeiers de donkere regendag en winterse kaalheid van de enorme tuin trotseerden en zo de jaarlijks terugkerende kleuren- en geurenoverdaad van de zomer aankondigden. En plots overviel me ten volle het droeve besef dat ik dat niet meer zou zien.
Toen ik blij verrast stilstond bij al de frisgroene nieuwe blaadjes van de buxusbollenboom van mijn vader, die, samen met de buxuskippen, -kegels en -haag, de vreselijke vraatzucht van de buxusrupsen dan toch overleefd had en daar mijn moeder attent op maakte, was meteen duidelijk dat het ook voor haar een afscheid zou zijn waar ze het liever helemààl niet over had...
Onderweg naar huis groeide de onrust in mij. Met alle respect voor de gevoelens van m'n moeder, ik kon de mijne ook echt niet negeren en moest en zou op mijn manier afscheid nemen van die sprookjestuin die op zoveel manieren invloed op m'n leven zal blijven hebben. Ja, akkoord, er staan ondertussen wat planten uit die heerlijke Hof van Eden opgepot op mijn terras, en da's fijn om er op die manier een tastbaar stukje van mee te nemen, maar dat vulde die eindeloze leegte binnen in mij niet.
Gewapend met 2 camera's, 6GB aan fotokaartjes plus wat 8GB USBsticks en de nodige bekabeling naar de laptop bracht ik donderdagnamiddag in afwisselend zon, hagel, sneeuw, wind en regen een paar uur filmend en fotograferend tussen de geliefde bomen en struiken door: ik ga een film maken, een video van mijn laatste wandeling door deze tuin zodat ik, zo vaak ik dat wens, en iedereen met mij, die promenade boordevol herinneringen digitaal kan blijven herbeleven!
"Had je dat dan niet in de zomer kunnen doen, als alle bomen, struiken, bloemen en planten op hun mooist staan", bromde m'n broer enigsinds terecht. Tja, als je àlles op voorhand wist en kon plannen...
Maar mijn moeders enthousiasme bevestigde dat mijn plan goed zit. En ze bestelde, behalve een kopie van die film, ook meteen een -uiteindelijk vermoedelijk bijzonder lijvig- fotoalbum voor op de salontafel bij me, gemaakt met de vele honderden fraaie kiekjes van minstens 45 jaar ultiem tuingenot! 
De afgewerkte rolprent en 't fotokijkboek zullen nog niet meteen voor morgen zijn, maar, met speciale dank aan de bamboestokken die ik percé nog wou hebben, staat er nu een serieuze overdosis zowel statisch als bewegend beeldmateriaal veilig en wel op de externe hard schijf en voor mijn gevoel heb ik nog nét op tijd de essentie van onzen hof kunnen vastleggen. Hopelijk zal daardoor het loslaten van die mega fantastische, meer dan magische, zalige sprookjestuin een heel klein ietsiepietsie beetje minder lastig zijn... ;-)

Een paar seconden uit die vele GB's beeldmatriaal: "bamboe in de wind". J

dinsdag 1 maart 2016

Schoolstraat 69: verkocht!

Alle mogelijke en nodige documenten zijn goedgekeurd en door alle betrokken partijen ondertekend. Het geld is overgemaakt, verdeeld en reeds op weg naar nieuwe doelen en begunstigden. Het huis met z'n gevel in rode baksteen, met achter de grote vitrine altijd seizoens-aangepaste en bijzonder originele decoratie -waar voorbijgangers steeds graag even bij stil stonden-, en de houten garagedeur met al sinds mijn jeugd 'het belletje' dat bezoekers aankondigt... dat huis, het is niet meer van ons. Het heeft nieuwe eigenaars. Mijn familie sloot vandaag een belangrijk hoofdstuk in z'n geschiedenis. En het maakt me zowel verdrietig als blij. 
Ja, ik neem afscheid van de vertrouwde ruimte waar ik zoveel jaren gewoond heb en daarna nog eens zo lang naar terug keerde voor elke soort familiale gelegenheid of gewoon zo maar, naar va en moe op bezoek.
Heel lang geleden zag ik als ukkiepukkie hoe de nonkels, grootvaders en onze va het piepkleine arbeiderswoningske op deze plek letterlijk omver duwden, en hoe het vrijgekomen terrein zich langzaam opvulde met muren, deuren, ramen, trappen... exact zoals ze er vandaag nóg staan en de zovele kamers vormen waar een leven lang herinneringen aan vast hangen. 
Of misschien zeg ik beter 'verschillende levens herinneringen', want behalve dat het gezin zowiezo al zeven personen telde liepen er ook nog eens constant vrienden, kennissen, buren, klasgenootjes, pleegkinderen, enz. enz. binnen en buiten. Vandaar dat belletje aan die immer open garagedeur natuurlijk.
Jarenlang heb ik met m'n zus een kamer gedeeld, een tijdje zelfs een bed. De zolder, waar we urenlang verkleedpartijtjes hielden, werd later mijn tienerkamer, een knus eigen stekje hoog boven de 'massa' met uitzicht op de enorme tuin. Toen ik bij mijn eerste huwelijk het ouderlijk huis verliet erfde m'n jongste broer het voorrecht daar te mogen vertoeven.
In de kelder, eindeloos lang, groot en breed, werden menige wedstrijden gerolschaatst op de gladde betonnen vloer en aan de werkbank van onze va, boordevol gereedschap, ontelbare creatieve uitvindingen gefabriceerd. 
Aan de bijzonder lange eettafel schoven bij elke hoogdag tot wel 16, 17, 18... familieleden en 'bijbehorenden' aan voor de festiviteiten, waarvoor onze va gehuld in schort en koksmuts al dan niet bedenkelijke, min of meer eetbare maar zowiezo onvergetelijk 'verrassende' gerechten uit de potten toverde.
In het kleine salon zaten we lang geleden op elke zaterdagavond fris gewassen in onze pyjama voor de televisie, op 2 rijen achter elkaar wegens plaatsgebrek, en aten vers gebakken frietjes. En we ergerden ons altijd aan ons moe, op de eerste rij, dus in onze gezichtsveld, als ze eindeloos knikkebollend in slaap viel.
En de tuin, die fàn-tàs-tische tuin, dat zijn nóg eens duizenden verhalen!...
Och, ik zou makkelijk een boek of 2, 3 vol kunnen schrijven over het huis op nummer 69, en de komende tijd horen we vast iets vaker 'weet ge nog dit, of dat, en toen...', maar het is goed om het huis nu los te laten.
Het doet me trouwens minder verdriet dan je wel zou denken. Op zeker dag verlaat je dat nest en bouw je langzaam maar zeker je eigen veilig thuis op, en dan wordt het ouderlijk huis zowiezo al meer een verzameling memories in je hoofd, meer dan dat het nog een echt toevluchtsoord is.
En met het overlijden van onze va bleef er eigenlijk nog slechts een hol omhulsel over, veel te groot, veel te stil, zonder leven, letterlijk en figuurlijk koud. Een lege doos waarin ons moe nog wat verloren rond liep, onbewust op zoek naar iets dat al lang en voorgoed verdwenen is. 
Zij gaat nu elders ook voor het eerst hààr eigenste nest creëren, en geloof me: al sinds weken volledig ingepakt en verhuis-klaar heeft ze er ontzettend veel zin in! Ze springt nog nét niet op en neer van spanning en enthousiasme.
De nieuwe eigenaars, jonge mensen met 2 kindjes, staan ook al een tijdje ongeduldig in de startblokken te trappelen om de bakstenen en het beton weer nieuw leven in te blazen. De komende maanden zal er afgebroken, heropgebouwd en gemoderniseerd worden. En dan zullen er opnieuw schetterende kinderstemmetjes klinken in alle kamers, er zal als van ouds gelachen en geruzied worden, op de trappen er zal terug druk op-en-neer-geloop zijn en in kelder en tuin rijden wederom fietsjes. En de eetkamer, die zal vast en zeker het decor blijven van vele familiefeesten met heerlijke gerechten vers gemaakt in de aanpalende keuken. 
Ik kan me zonder enige moeite voorstellen dat onze va, als hij al deze gebeurtenissen van wie-weet-waar in 't oog houdt, ook heel breed en tevreden zit te glimlachen: het door door hem en ons moe met zorg gebouwde en door ons allemaal zo geliefde huis zal weer helemaal opleven en z'n taak opnieuw vervullen als heerlijke familie-thuis. En zo hoort het ook. :-)


(foto Eric Van Tichel - fotostudio A.A.I. Merksem)