Aan de halte miste ik nét een bus. Wachten dus.
En er stak een verfrissend briesje op. O, wat deed dat deugd!
Maar al snel veranderde dat zuchtje in heftige windvlagen die boomblaadjes en allerlei andere brol in m'n gezicht smeten en m'n blote benen en tenen zandstraalden. Dat deed een heel stuk minder deugd.
Gelukkig, daar was de bus. Gered!
Misschien zou het me dan tóch nog lukken droog thuis te raken...
Halverwege de rit vielen de eerste dikke druppels.
Tegen de tijd dat ik moest uitstappen en de oversteek naar de metro maken brak de storm in alle hevigheid los. Harde rukwinden en een hemel vol bliksem en donder. Maar in de metro merk je daar meteen niets meer van.
Tot aan de halte van de Sinksenfoor. Daar stapten kleddernatte mensen opgelucht in de droge tram. Dat beloofde...
Een aantal haltes later was het zover: mijn beurt om uit te stappen, niks aan te doen. De regen viel met bakken, de straten stonden blank. Het water stond op sommige plaatsen zo hoog dat ik zelfs op m'n hoge sleehakken tot aan m'n enkels te soppen liep. Om mij heen spurtten medereizigers met plastiek zakjes en handtassen boven hun hoofd razendsnel in alle richtingen.
Het had iets dolkomisch. Als zo'n tekenfilm met zich in veiligheid rennende muisjes of zo, met zo'n vrolijk snel tingeltangelmuziekje er onder.
De storm dreunde in alle hevigheid op me neer. En ik moest er zo geweldig om lachen: volledig doorweekt op je gemakje naar huis wandelen terwijl de regen zich verder ongenadig over je heen uitstort, de straten plots kolkende rivieren zijn en er langst alle kanten van tussen de veelkleurig wolken overal in de lucht fel geflits en rommelend gedonder is.
Zonder enige vorm van haast of ongenoegen heb ik me er totaal aan over gegeven. Nat of natter, hoeveel verschil maakt het?
't Was als douchen met je kleren aan, en hoe vaak doe je dat in je leven?
Tot op m'n ondergoed doorweekt, echt door en door nat,
Geen opmerkingen:
Een reactie posten