donderdag 29 maart 2018

Moeder-&-dochter-dagje.

Zo ongeveer elke dag hangen we met elkaar aan de telefoon, altijd omtrent hetzelfde tijdstip van de dag: als 't 'gratis bellen' van start gaat. Soms duurt het gesprek maar heel even, niks bijzonders te melden, juist even elkaars dag en gemoedstoestand checken. Maar net zo goed babbelen we met gemak een uurtje vol, en dat kan dan werkelijk over zowat absoluut álles gaan. Op die manier blijven mijn moeder en ik overal van op de hoogte, en vooral ook in contact met elkaar. De afgelopen zoveel maanden lukte het me door die regerende depressie immers amper om op een deftige en genietbare manier -zowel voor mezelf als voor de andere eventueel betrokken personen- ergens heen te gaan, en dus ook niet tot bij m'n moeder. En da's uiteraard jammer.
Ze had het me al herhaalde malen gevraagd om samen eens iets te gaan doen, gelijk wat, ergens heen, of een hapje eten, 't maakte niet uit. Gewoon iets wat ik op de één of andere manier zag zitten en aankon, en waarmee zij mij eens een beetje kon en mocht verwennen. En gisteren is dat eindelijk gelukt!
Mijn moeder en ik zijn een dagje, gezellig onder ons getweetjes, gaan winkeltjes kijken in het Wijnegem Shoppingcentrum. Nee, niet dat ik daar überhaupt centen voor heb. In tegendeel zou ik zo zeggen, niet één rooie duit! Zelfs pee-schijven kan ik me voor zulke uitspatting niet veroorloven... En zo een 'echte' shopping-uitstap is trouwens iets wat we normaal gezien sowieso allebei eigenlijk nooit doen, het is ons ding niet echt. Maar, met kerstmis gaf mijn moeder al haar kinderen een aankoopbon voor dat winkelcentrum in kwestie cadeau, en het leek me extra fijn om voor de mijne samen met haar iets leuks te gaan uitzoeken. 
De tram zal alvast vol met bende vreselijk drukke, af en toe luid gillende schooljeugd, duidelijk op weg naar hetzelfde doel. Dat beloofde... En het wás een lawaaierige dag, zeker voor oren die dat al lang niet meer gewoon zijn, en ook voor mensen die normaal gezien uitsluitend een snelle 'binnen-en-buiten' plegen te doen bij hoogstnoodzakelijk winkelbezoek aldaar, maar... we hebben het onze pret zeker niet laten bederven. 
Met nieuw inktpatronen voor m'n printer zou ik meteen meer dan het budget van m'n geschenkbon kwijt geweest zijn, dus nee dank u wel, vandaag liever niet. Even kijken bij de strips in de Standaard Boekhandel, waar, jammer maar helaas, niets uit de reeksen die ik verzamel te vinden was. Hop, naar Boekenvoordeel dan, een winkel waar ik m'n geldbeugel gewoonlijk redelijk tevergeefs strak tracht dicht te houden. Niets kon me echter écht verleiden dit maal... tot bij het buitengaan mijn oog op een kleine zakagenda boordevol van die magnifieke feeërieke tekeningen van Marjolein Bastin viel. Zoooooo mooi! En met zooooooo een grote korting -van 10,95-€, nu voor nog slechts 2,49-€- dat mijn moeder hem voor mij kocht, want 'dat was de moeite van m'n aankoopbon niet'...
Volgende stop: 1e verdieping, Casa. Heu.. heb ik ergens iets gemist misschien? Heeft tegenwoordig iedereen z'n huis vol knuffelcactussen en oerwoudgordijnen??? Uiteraard moesten we ook even binnenwippen bij dat winkeltje één deur verder, dat met al die gekke prulletjes en frulletjes, want daar kocht ik ooit mijn zeer geliefde zalige blauwe-lucht-met-schapenwolken-paraplu. Maar... niks kon er ons boeien. Dan maar even door de Hema geslenterd, want, zelfs al is er niets te zien waar je je centjes aan uit wil geven, ze hebben er wel een lekkere en grote kop koffie, en onze voeten waren aan een kleine pauze toe. Kon ik meteen ook onze eerste -en voorlopig enige- aankoop, het agendaatje, nog eens uitgebreid bewonderen.
Bij Fnac vond ik een zodanig brede waaier aan strips die ik me nog wel eens wou aanschaffen, dat de mij zwaar vallende keuze er bijna voor zorgde dat er opnieuw niets gekocht werd, maar, zo blij als een kind liep ik uiteindelijk de winkel weer uit met 3 nieuwe 'Kid Paddle' boekjes in m'n tasje en hield na die aankoop zelfs nog één 10 euro bon over. Prima bedrag om in het Kruidvat aan favoriete haarproducten en nieuwe zachte krulspelden te besteden!
Protest in alle mogelijke toonaarden en kleuren van mijn kant maakte totaal niks uit: m'n moeder moest en zou me ook absoluut nog iets extra's cadeau doen. Bovenop de reeds getrakteerde koffie en agenda en... Gewoon, omdat ze dat wou. Punt. Geen discussie. 
Moedig paste ik dus een aantal erg leuke zomerjurkjes, maar... als 't van boven goed zit, dan gaat het niet over m'n royale derrière,... en als iets wel keurig netjes heel die onderste batterij van mij bekleed, dan verzuipt die toch ook niet geringe bovenkant van mijn verschijning in hopeloos geslobber. Zucht. Dat was duidelijk alvast geen optie. Maar ons moe zat nog niet door haar opties heen. Ze troonde me mee naar een winkeltje waar ze al wekenlang een rood halssnoer voor zichzelf had willen kopen. Even kijken of het er nog steeds was om, indien ja, eindelijk die al veel te lang uitgestelde slag eens te slaan uiteraard. 
Wauw -of misschien beter 'oei oei oei'-, ik heb een nieuw favoriet winkeltje, geloof ik... Bijou Brigitte is als een netjes op kleur geordende schatkamer vol schitterende sieraden en fonkelende accessoires, één voor één allemaal helemaal mijn smaak! 
Het door m'n moeder gewenste rode halssnoer lag niet meer in de etalage, maar hoera, we vonden het al snel terug tussen de andere kettingen in dezelfde kleursoort... en toen werd er, door het overweldigende aanbod, toch nog even getwijfeld over tint en model, doch na uitgebreid kiezen en keuren kocht ons moe tóch haar eerste gedacht. Mét bijpassende armband. "Kijkt gij ook maar eens goed rond, en kies iets moois voor jezelf uit!" dirigeerde ze me zonder tegenspraak te dulden. En... ik ben echt gewéldig content met m'n nieuwe, super mooie, verrassend zware, glimmend zwarte, duizend-kraaltjes-gevlochten sieraad! Subliem.
Terwijl ons moe aan de kassa stond af te rekenen, rinkelde haar telefoon. Eén van haar broers, nonkel Kristiaan, klonk blij verrast mij aan de lijn te krijgen. Of ik even wou doorgeven dat hij met tante Paula naar Wijnegem kwam voor de tentoonstelling over de wereldoorlogen, waarvoor m'n moeder de organisatoren een stevig pak documenten en objecten van de familie en vooral van mijn grootva, Frans Verbiest, geleend had. En of ze achteraf er ook nog mee 'ene kwam pakken' in 't café op den hoek. De boodschap zorgde toch voor wat lichte stress. Wat wil je doen, wat ga je kiezen? Verder met dochter-lief door de Shopping slenteren, winkel in, winkel uit -wat we eigenlijk allebei al wel een beetje beu waren ondertussen- of redelijk hals over kop terug richting dorp en richting familie? En we zouden eigenlijk nog een slaatje en zo'n zalig fijn en krokant frietje gaan eten bij de Mac Donalds...
Met een nieuw belletje naar de nonkel viel uiteindelijk alles als vanzelf prima in de plooi: zij namen simpelweg een bus later zodat wij meer dan tijd genoeg hadden voor én een frietje én een rustig tramritje terug. Het verwendagje uit bleef dus nog even wreed gezellig, en met een onverwacht staartje, verder kabbelen. Hoera!

Zo een mooie en overzichtelijk tentoonstelling met zeer uiteenlopende documenten, foto's en voorwerpen uit beide wereldoorlogen is uiteraard bijzonder boeiend, zeker als je er, in 't uitgelezen gezelschap van je moeder, nonkel en tante, en dus mét extra, al dan niet humoristische, gedetailleerde uitleg bovenop, links en rechts overal familieleden in terugvindt. Maar het doet niet echt deugd aan de nog steeds behoorlijk aanwezige donker depressiegedachten in m'n hoofd. We zijn 100 jaar verder, en hoe bitter weinig, niets eigenlijk, heeft de mensheid in 's hemelsnaam geleerd... Gelukkig, zoals dat bij ons in de familie zo ongeveer traditie is, moet er bij elke gelegenheid sowieso een stevig pint -of twee- gedronken worden. En de sympathieke nonkel trakteerde, joviaal en gul als hij altijd is.
Volledig voldaan, echt voor de volle 100%, in zowel winkelen als bij-babbelen, met suizende oortjes van een hele dag drukte om me heen, een tas vol nu reeds gekoesterde aankoopjes, en vooral met een intens warm gevoel vanbinnen -toch iets meer door het gezelschap dan door het bier- wiebelde ik met de tram weer naar huis, om daar prompt van pure vermoeidheid met twee dolgelukkige -jeey! z'is weer terug! roenk roenk roenk- knuffelpoezen op schoot 
in de sofa in slaap te vallen.
Dit voor mij ongewone uitstapje was meer dan geslaagd, het had écht niet beter kunnen zijn. Ik voel me verwend en geniet daar nóg met volle teugen van. Het doet me echt opmerkelijk veel deugd! Een schone merci aan nonkel en tante voor hun fijne bijdrage, maar uiteraard vooral aan ons moe, met een dikke zoen en knuffel er bij: een ontzettend grote en super hartelijke DANK U WEL voor dit gezellige moeder-&-dochter-dagje! 💖 Xxx




woensdag 7 maart 2018

Van kurkdroog naar bijna verzopen...

Wel, ze zeggen niet voor niets dat ge goed moet oppassen wat je wenst, want het zou wel eens realiteit kunnen worden... en misschien veel te overvloedig. Geloof me, ik kan het écht weten, en sta me toe u meteen ook al even op het hart drukken dat niets van het komende verhaal verzonnen of gelogen is. Echt helemaal niets!...
Twee dagen geleden, op zondag, postte ik m'n blogje over heel dat oerwoud kamerplanten van mij, die toch o zo verschrikkelijk te lijden hadden onder die vreselijke kurkdroge lucht hier in huis, en dat ik werkelijk ál het mogelijke probeerde om hen toch het nodige vocht te bezorgen. M'n vers geschreven woorden waren nog niet koud of bijna stierven ze alle 127 de verdrinkingsdood!
Maandag in de vroege namiddag arriveerde ik goed geluimd terug thuis van alweer een interessant en productief gesprek met m'n psychiater. Ik was er voor de verandering ook eens een keertje niet doodmoe van. En nu de planten binnen er weer volledig verzorgd bij stonden, vond ik het de beurt aan de groenvoorziening buiten op het terras. 't Is te zeggen: nu de vele potten eindelijk opnieuw ontdooid waren, konden de vroege lentebloeiers en eerste kleine scheutjes duidelijk een stevige sproeironde gebruiken.
Dus, zo gezegd, zo gedaan: nette kleding omgewisseld voor een ouwe legging en een wat versleten trui, m'n groene tuinklompen aan en ook het donkerblauwe vestje, ooit een gratis kadootje van bij Damar, iets tussen fleeche en vilt met een vleugje Tirolermotief, dat bij frisser weer dienst doet als 'tuinklusjes-jasje'.
Omdat bij temperaturen onder nul hier steeds -heel verantwoord van mij- de watertoevoer naar het buitenkraantje volledig toegedraaid wordt tegen het kapotvriezen, moest ik dat uiteraard nog eerst terug open zetten. Kastdeurtjes onder de gootsteen in de keuken open, de plastieken bakken met schone keukenhanddoeken, vuilniszakken en poetsgerief even opzij schuiven, en voilà, daar achteraan tegen de muur bevindt zich het desbetreffende kraantje, door de loodgieter tijdens de verbouwingen van het appartement op mijn verzoek geplaatst om makkelijk het terras te kunnen begieten.
Ik buig voorover, steek m'n hand uit en draai het hendeltje een kwartslag de goeie kant uit. Nog in diezelfde seconde hoor ik een lichte 'plop' en terstond spuit er een enorme, brede straal nietsontziend water, met de kracht en het debiet van een goed gedirigeerde brandweerslang -minstens 3,5 bar wist men mij later op de dag te vertellen-, schuin omhoog de keuken in richting inkomhal en woonkamer! Me midden in de projectiebaan bevindend was ik uiteraard ook à la minute volkomen doorweekt, maar ondanks die schrikwekkende, onvoorziene ijskoude en keiharde douche werkte m'n brein op volle toeren. Bijna onmiddellijk realiseerde ik me dat vermoedelijk het volledige kraanarmatuur met het stevig dichtgedraaide kraantje mee losgekomen moest zijn, dat dat verwenste ding vermoedelijk ergens onderaan in de kast gesodemieterd was, en ik het sneller dan de bliksem moest zien terug te vinden, om het dan weer op z'n plek te vijzen. Indien mogelijk...
De massieve waterstraal tegenhouden met een vinger of een duim werkte niet, dat kan je je misschien wel voorstellen, dus dook ik dapper en vol goede moed onder de pompbak, gewapend met het tot bol bij elkaar gepropte Damarvestje om die reusachtige straal enigszins uit m'n gezicht te houden en graaide blindweg in het wild rond spattende nat, dat werkelijk overal bleek te zijn, achterin onder de kast. Hoera, een beetje opluchting: gevonden! Maar na ettelijke minuten vruchteloos proberen, met de seconde natter en kouder wordend -onderwijl serieus vloekend, dat beken ik eerlijk-, sloeg de paniek toe. Er zat niks anders op: de hoofdkraan moest dicht, en wel nú onmiddellijk!
Terwijl het water met volle force ongestoord verder m'n huis in spoot spurtte ik drijfnat m'n voordeur uit naar de concièrge, in de flat naast de mijne. Haar voordeur stond op een kier doch er kwam geen enkele reactie op m'n bellen en kloppen, noch op m'n luid en in paniek om hulp roepen. Vol wanhoop sprintte ik, een behoorlijk groot druipspoor achterlatend, verder naar de grote hal in de hoop daar iemand te treffen, en... door de plotse verandering in de luchtdruk knalde mijn voordeur in het slot! Niet alleen liepen mijn gekoesterde kamers van mijn geliefd appartement aan een afschuwelijk hoog tempo verder vol water, ik had mezelf op de koop toe ook nog eens per ongeluk buiten gesloten! Nóg grotere paniek uiteraard... tot ik me herinnerde dat m'n terrasdeur open stond. Maar de deur naar de tuin was op slot!!! 
Op dat moment de concièrge gelukkig toch even piepen waar al die commotie vandaan kwam, en maakte, nog absoluut de situatie niet helemaal begrijpend, veeeeeeel te traag naar m'n zin die tuindeur voor me los. Totaal over m'n toeren ongeduldig en ongelukkig liep ik als een speer naar buiten, het hoekje om en sprong als een roekeloze idioot m'n terrasmuurtje over... om tot m'n nog steeds toenemende benauwdheid te constateren dat op dat moment de ganse woonkamer al blank stond. 
Maar tijdens mijn radeloze toerke-rond in den blok had ik wel behulpzaam gezelschap gekregen. Een grote sterke bonk van een kerel, van niet-Vlaamse origine vermoed ik -een man die ik niet echt ken, maar die altijd heel erg vriendelijk en beleefd goeiedag zegt- kwam achter me aan ook het terrasmuurtje over gesprongen, waadde voorzichtig de woonkamer door, zette z'n enorme sporttas op de tafel en begon meteen als een gek water te scheppen in de haastig door mij aangereikte emmers met de in de vlucht bijeengezochte vodden en dweilen. En ondertussen probeerde hij mij op bijzonder warme wijze een beetje gerust te stellen.
Dat er vermoedelijk niet pijlsnel nog gelijk welke andere hulp of redding zou komen was me op dat moment pijnlijk duidelijk, dus er zat maar één ding op: ik zou het klusje zelf moeten klaren. Gesteund door de kalmte van die vriendelijke ijverige beer in m'n woonkamer dook ik met een dosis moed die je alleen maar in zulke rampsituaties plots blijkt te hebben, heldhaftig nogmaals die gigantische waterstraal in en tastte opnieuw naar het vervloekte kraantje, weer een ietsiepietsie beschermd -al was het maar in 't idee- door de blauwe fleeche. Met werkelijk alles in m'n lijf vocht ik tegen de formidabel kracht van de stroom op, en draaide, na nog wat zwaar verwenste mislukkingen, ongehoord veel knetterend gevloek en een pak onbetamelijk gesakker, het vermaledijde rotding terug op z'n plek! Bam. 
De immense spanning en bovenmenselijk inspanning maakten terstond plaats voor ontzettende hartenpijn en treurnis rond de gegarandeerde waterschade. Bittere tranen van oeverloze wanhoop stroomden over m'n al zo verschrikkelijk natte gezicht. Maar veel tijd om daar aandacht aan te geven was er niet, want daar ging de deurbel. Onze concièrge met haar bompa, Fons, de grote chef van alles hier in het gebouw, die zonder enige haast of drama efkes kwam vragen waarom en welke kraan er toegedraaid moest worden... Hum. Haaalloo-ôokes! Een voor mij veel te schril contrast met mijne paniek dus... Ik ben er toch maar rustig bij gebleven, hoor, en beleefd en zo. Lastig of ongeduldig doen helpt op zo'n moment ook niets, hé.
De concièrge had andere dingen te doen -kindje en zo- maar is nog wel een keertje met een vriendin vanuit het deurgat naar het slagveld komen kijken. Een beetje ramptoerisme hoort er uiteraard ook bij, hé. Bompa daarentegen heeft geweldig z'n best gedaan zoveel mogelijk water weg te krijgen in de keuken. Sterk werk voor zo'n 80-plusser. En spijtig genoeg, zo bleek een tijdje later, ook redelijk nutteloos, want toen ik de keukenkastjes opendeed stroomde daar opnieuw vele liters water uit, terug de vloer op natuurlijk...
In de hal en de woonkamer zwoegde de welwillende spierbundel noest verder. Alle meubels werden op een droog stuk opgestapeld, potten en planten opzij of buiten gezet, drijfnatte kleine matten over de terrasleuning gehangen, het doorweekte grote salonvloerkleed kreeg een uitdruipplek in het bad, en on-tel-ba-re emmers bij elkaar gedweild en opgeschept leidingwater, waarin gelukkig slechts kattenbrokken rond dreven, vonden via het toilet en de lavabo hun weg naar de riolering. En ondertussen bleef hij me de hele tijd geruststellen. Hij had namelijk iets gelijkaardigs meegemaakt in zijn appartement. Daar was na het vervangen van een radiatorknop naar een thermostatische kraan de boel niet vast genoeg aangedraaid en op een 'mooie' avond schoot dat ding zonder enige aanleiding ineens van de verwarming af. Met het ondertussen gekende en gelijkaardige resultaat...
Toen de oppervlakte van de vloeren er overal weer min of meer droog uit zag verdwenen de heren. Bompa Fons heb ik vandaag nog eens extra kunnen bedanken, maar die andere behulpzame medemens... niet eens zijn naam ken ik, noch waar hij exact woont in het gebouw. Om hem nog eens hartelijk 'dank je wel' te kunnen zeggen zal ik moeten wachten tot we elkaar nog eens in de hal tegenkomen, vrees ik.
Het kostte me nog uren, tot laat in de nacht, om alle -écht álle- huisraad en het voedsel uit de keukenkastjes en de kastjes zelf droog te krijgen. Alles uit papier of karton, of verpakt in, kon regelrecht de vuilbak in. Er liep zelfs water uit de koelkast, de microgolf en de Senseo. Bij 't per ongeluk schuin hangen van m'n pasteltekeningen achter glas liep er ook uit die kaders een straaltje vocht. De helft van het poezenspeelgoed en de woonkamer-krabpalen raakten stevig doorweekt. En de poezen zelf kwamen pas diep in de nacht weer 'boven water', een beetje op hun hoede, maar gelukkig helemaal droog en ongedeerd.
Nog eens drie wasmachineladingen met uitsluitend vodden, dweilen, zwabbers, moppen en handdoeken later kon ik, zowel lichamelijk als emotioneel steendoodstikkapot, neerploffen in m'n bed dat goddank van alle waterellende gespaard bleef. Van slapen kwam echter niet veel. Daarvoor deed alles in m'n lijf veel te veel pijn. Die povere nek en rug van mij kunnen onder 'normale' omstandigheden dit soort 'klusjes' totaal niet aan, daar mag ik de komende tijd zwaar voor boeten dus. God mag weten waarvan ik die grote diep-paarse bloeduitstortingen op m'n armen opliep. M'n benen, vooral m'n knieën, zijn als één grote pijnlijk gekneusde blauwe plek. En eerlijk gezegd moet ik toch ook wat bekomen van die verschrikkelijke paniek, en van m'n nogal 'straffe' taal, het gevloek en getier, tijdens heel het voorval. Volgens mij heb ik dat nooit eerder in m'n leven voor gehad, toch niet in dat soort grootte...
Al bij al valt de schade wreed goed mee, voorlopig toch, en vermoedelijk vooral door het bijzonder snelle ingrijpen. De verzekeringsmaatschappij is al op de hoogte, hoor, maar de kans is groot dat zij niet eens moeten tussenkomen. Laat ons hopen, hé. Duimen maar... Mijn laminaatvloer ziet er op dit moment op slechts drie redelijk verborgen plaatsen een beetje geschonden uit en de keuken reageert voorlopig zelfs helemaal niet op die overdosis nattigheid. 't Is nog even afwachten hoe en of de tapijten nog netjes opdrogen, maar als dat alles is, valt het wel mee. Toch?! Ook de poezen crossen alweer rond alsof er nooit iets aan de hand geweest is. Je zou eigenlijk zelfs kunnen stellen dat mijn lenteschoonmaak van dit jaar al helemaal klaar is, in fast forward stijl, én met onverwachte hulp!... En de dorst van de planten op het terras, die werd vandaag, nadat ik zeer resoluut de armatuur van het kraantje nog eens extra vastschroefde met een stevige draai van m'n Engelse sleutel, ook gelest. Juist de kelder van de concièrge, die zich pal onder mijn keuken bevind, heeft ook een tikje blank gestaan, maar gelukkig zonder problemen voor de daar opgeborgen spullen.
In nood kent men zijn vrienden zegt men. En als de nood het hoogst is, is de redding nabij. En dat kracht voortkomt, niet uit fysiek vermogen, maar uit onverzettelijke wil is in dit geval zeker en vast op mij van toepassing. Zoals het meteen ook nog maar eens bewezen is dat mijn onsterfelijk gevoel voor humor ten allen tijde steeds weer komt bovendrijven. Maar onthoudt vooral heel erg goed dat je echt wel moet opletten wat je wenst, want voor je het weet... Geloof me, veel vochtiger moet het hier écht niet meer worden! 😉






zondag 4 maart 2018

Huiskameroerwoudverbouwingen.

Dat mijn wat krakkemikkige lijf er niet blij mee is, da's wel 't minste dat je er van kan zeggen. M'n rug laat met aandrang weten dat er nu gerust moet worden, liefst lang en uiteraard languit. De geknelde zenuwen in m'n nek schreeuwen nog harder dan gewoonlijk. M'n beide handen aan het uiteinde van een stel voze armen voelen als bewoond door duizenden krioelende mieren. Maar dat alles is het gevolg van een weloverwogen noodzakelijk kwaad. Voor een enorme boost naar je geestelijk welzijn toe wil je nog wel eens een offer brengen. Me nu volledig overgevend aan de vereiste platte rust geniet ik van tussen de kussens van de sofa met een fenomenale glimlach op m'n snoet van al die vele opnieuw tevreden planten om me heen. En 'veel' is absoluut het goeie woord want 'k heb ze uit nieuwsgierigheid vandaag even geteld...: op dit eigenste moment groeien en bloeien er hier in mijn flat 127 planten, variërend van 5 cm tot 2,50 m in hoogte. En gisteren kreeg heel dat huiskameroerwoud een hoognodige opknapbeurt!
Een tijd lang dacht ik dat een aantal van m'n planten mee met mij depressief geworden was, of toch ten minste onder de invloed van mijn nogal droefgeestige energie. En misschien kregen ze inderdaad wat minder van die anders zo uitgebreide zorg, maar hun tristesse bleek uiteindelijk toch hoofdzakelijk aan de verschrikkelijk droge lucht in huis te liggen. Droge lucht ten gevolge van die vrieskou die we niet meer gewend waren. 
Op mijn vorige adres, in het huurappartement, kenden we dat probleem absoluut niet. Daar stond van de nattigheid het hele jaar rond de schimmel op de muren. In dat vochtige, immer koele, in de winter zelfs wreed koude klimaat trokken de planten bijna vanzelf hun plan. Maar hier, in mijn eigen stekje, heersen totaal andere luchtgesteldheden: comfortabel warm en met momenten zelfs voor mij ondraaglijk droog! Hier spelen we het jaar rond eigenlijk 'oase in de woestijn'. En ik, ik ben de waterbron. Volgens mij bezit ik ondertussen zowat één gieter per kamer, en af en toe overweeg ik van me een 'huiskamertuinslang' aan te schaffen. Niet dat je er mij over hoort klagen, hoor, maar planten water geven is dus een permanente en ononderbroken bezigheid geworden. 
Door die periode van extra droogte zag ik m'n groenvoorziening voor m'n ogen de geest geven. Planten die misschien al wel 20 jaar of meer m'n leven delen, verschrompelden plots waar je bij stond. Het ene na het andere blad verkleurde en viel af. Sommige ochtenden leek het wel herfst hier in huis: overal afgestorven loof op de vloer. Het brak m'n hart en 't deed zeker geen goed aan m'n depressie...
Dus besloot ik gisteren dat er niet alleen dringend maar vooral ook stevig gehandeld moest worden. Huiskameroerwoudverbouwingen dus. (Zou dat een 'echt' woord zijn?... hihihi) 
In m'n hoofd begint zo'n jobke altijd met een heel erg redelijk en doenbaar plan: die en die plant snoeien, van die andere de dode stukken wegknippen, zus en zo van een groter pot en nieuwe aarde voorzien, en tot slot 't één en 't ander van plek verwisselen om alles in optima forma tot z'n recht te doen komen en gelukkig te maken. 
En een uurke of twee later... heel m'n huis vol-lé-dig op z'n kop! Meubelen en tapijten staan opzij geschoven om overal goed bij te kunnen. Dik in de weg, gelijk waar, struikel je te pas en te onpas over de uitgeklapte ladder. Op de vloer in de woonkamer vind je een uitgebreide keuze aan plantpotten en cachepots in alle kleuren en maten. Werkelijk overal liggen blaadjes, takjes, snoeisel en per ongeluk gemorste potgrond. Verspreid over de diverse te behandelen ruimtes kom je verschillende knipscharen, meters binddraad, bundels met allerhande stokken en stokjes in zeer uiteenlopende afmetingen en al dan niet volle gieters tegen. En er zijn natuurlijk ook stoffer en blik, borstels en dweilen, emmers en vuilniszakken van de partij. 
En ergens tussen al deze chaotische toestanden kan je mij dan terugvinden, enigszins verwilderd -met m'n haar in de war, moddervegen op m'n gezicht, armen en benen, zwarte handen en zwarte voeten- vermoedelijk verwoed vechtend met een minstens twee meter hoge ficus die liever krom voorover verder groeit dan netjes rechtop aan een stevig stok gebonden wordt. 
De anders zo nieuwsgierige poezen Poekie en Pompon trokken zich na één blik op die junglezooi veilig terug in de rustige en opgeruimde slaapkamer, ver weg van de poespas der geanimeerde groene restauratiewerken. Op hun hulp moest ik dus duidelijk niet rekenen...
Bon, ge weet hoe dit soort klussen gaan: 't wordt altijd eerst veeeeeel erger voor het weer beter wordt, en op de moment dat ge vreest dat het nooooit meer goed komt blijkt de eindmeet plots tóch in zicht te komen. Eenmaal alle planten -keurig bijgeknipt, ontdaan van alle dode materie, terug netjes opgebonden en in hun beter passende potten met verse aarde en een flinke slok water- op hun al dan niet nieuwe of aangepaste plekje staan, het afval opgeveegd is en alle gebruikte materiaal en hulpmiddelen weer netjes opgeruimd, moet er na het terugschuiven van de meubelen nog juist -allé vooruit, nog heel even volhouden, Kristina- grondig gestofzuigd en gedweild worden.
Na die allerlaatste krachtinspanning is het zalig om het pijnlijk moeë lijf in het hete sop van het volle bad te laten glijden en even later met een meer dan tevreden gevoel -en een straffe pijnstiller- in het o zo zachte bed. Mogelijk heeft m'n arme rugske nog wel een paar nachtjes langer verkwikkende slaap nodig voor ik lijfelijk weer helemaal bij m'n opgekikkerde binnenhuisjungle pas, maar ik geniet nu al met volle teugen van de verrukkelijke stroom zonlicht die na het vele snoei- en opruimwerk weer heerlijk weelderig door de ramen naar binnen kan stromen en m'n huiskameroerwoud het nog ontbrekende doch broodnodige extra stukje groeikracht geeft. 

Het mag dan buiten nog absoluut winter zijn, hier binnen hebben mijn nog steeds onbetwistbaar getalenteerde groene vingers al voor een volmaakt hemels lentegevoel gezorgd! En dat is, geloof me, ronduit zaligmakend! 💚🍀💚