donderdag 4 juni 2020

't Dik gat.

Dit waar gebeurde verhaaltje speelde zich ergens vorige week reeds af, maar met al de (terechte) commotie deze dagen wat betreft het leven en lot van onze medemensen met een donkerdere huidskleur, vond ik het -al staat het er voor mij absoluut los van- niet helemaal gepast dit vóór m'n blogje Zwart-wit van gisteren te vertellen... 
Vorige week in m'n favoriete supermarkt rondde ik gezwind zoals altijd, met nog een allerlaatste blik ter controle -'heb ik nu alles? niks vergeten?- op m'n keurige boodschappenlijstje, m'n aankoopuitstapje af en zette mezelf vergezeld van de verplichte winkelkar in de relatief korte rij aan de kassa. Met zeeën van tijd wachtte ik op m'n dooie gemakje m'n beurt af en droomde ondertussen, zo relaxed als ik was, een beetje weg.
Een keiharde knal tegen m'n achterwerk van het winkelkarretje vlak achter me in de rij deed me pardoes uit m'n blauwe-lucht-witte-wolkjes-bloemetjes-vogeltjes-gedachten opschrikken. 'k Was onmiddellijk weer helemaal in het heden en de realiteit. "Och, kan gebeuren", dacht ik bij mezelf, en vond het niet eens de moeite om even om te kijken naar de wat al te enthousiaste winkelkarretjesbestuurder. Zoiets gebeurt wel vaker, hé.
Even later echter, jawel: opnieuw van dat! Boenk, rammel de kletter! En deze keer vloog ik zelfs met kar en al een stukje vooruit, bijna tegen de dame voor me aan!... Ik draaide me om en zag twee jonge zwarte kereltjes staan, elk ook met zo'n verplichte winkelwagen in de hand. Broertjes, dat was duidelijk te zien, en ik schat ze een jaar of 12. Boodschappen doen voor moeder, en meteen van 't eigen zakgeld ook wat lekkers voor zichzelf kopend. Dat kon je makkelijk vaststellen aan de inhoud van de beide karretjes. En zoals kinderen doen: zot en onnozel een beetje trekken en duwen, elkaar wat plagen en grappen, ge kent dat wel. Maar ook met als gevolg die botsingen met mijn royale derrière dus... "O! Sorry, mevrouw!", rolde er meteen bij het zien van mijn toch wel een beetje strenge blik boven m'n mondmasker in keurig en beleefd Nederlands uit hun beider monden, vervolgd van "Hij was het, hoor!", allebei naar de andere wijzend. Ik gniffelde achter m'n masker. Nee, boos word ik om zoiets niet. 't Zijn kinderen, hé. En hoe waren we zelf op die leeftijd?... Je kon trouwens ook onmiddellijk zien dat dit echt geen schoelies waren, maar net opgevoede jongelui.
Goed, mijn 'strenge' blik volstond blijkbaar en even was het rustig in de wachtrij. Maar niet heel erg lang, want... Bam! Opnieuw knalde die kar behoorlijk onzacht tegen m'n -ja 'k weet het: inderdaad moeilijk te ontwijken- kloeke kont! Ditmaal draaide ik me kordaat om en voor ik er zelf erg in had, viel er luid en duidelijk uit m'n mond: "Zeg, 'k weet da'k een serieus dik gat heb, maar da's nog geen reden om er botsottookes mee te spelen, hé!" Abrupter hadden ze hun spel echt niet kunnen staken, denk ik. O, zulke verschrikte gezichtjes. Alsof ik ze in één zwaai allebei tegelijkertijd een bijzonder stevige draai rond hun oren gegeven had. En me weer opdraaiende, hoorde ik achter me nog heel stilletjes een paar keer totaal geïntimideerd 'sorry' mompelen.
Terwijl ik ernstig stond na te gaan waar in 's hemelsnaam die woorden 'dik gat' in combinatie met 'botsautootjes' zo pardoes vandaan waren gekomen, en me hoofdschuddend afvroeg of ik nu écht niks beters had kunnen zeggen, verliep het verder aanschuiven en afrekenen aan de kassa in stilte en volledig vlekkeloos ongestoord. En even later al puzzelde ik geconcentreerd en met toewijding de vele boodschappen in m'n fietstassen.
Ja, 'k heb een aardig uitgebreid zitvlak, 'k weet het. Maar 'k heb daar totaaaaal geen problemen mee. Het heeft zelfs wel iets, vind ik. Het hele zaakje wiebelt en deint gezellig een eindje weg als ik beweegt en da's geen onaangenaam gevoel, geloof me. In verschillende culturen is zulk model achterwerk trouwens een absoluut schoonheidssymbool, en ik weet heel goed dat ook hier bij ons de meeste mannen zo'n stevige batterij als de mijne veel liever zien (en voelen) dan één of andere platte pannenkoek. Ge kunt er jammer genoeg in mijn geval nog nét geen pint op zetten... hahaha

Zo in gedachten verzonken, lichtjes met mezelf giechelend, had ik ze niet opgemerkt. Die beide zwarte jongelui, met de boodschappen keurig in een tas, stonden plots vlak voor me en lieten me één minuut later met mijn mond vol tanden achter. Ze waren al lang weer om de hoek verdwenen voor ik mijn kluts weer terugvond, volledig van mijnen apropos, niet alleen om zoveel beleefdheid, maar zeer zeker ook vanwege het ietwat onhandig uitgesproken doch volkomen oprecht compliment uit de mond van twee zulke jonge snaken.
"Nogmaals oprecht sorry, mevrouw. Het spijt ons echt dat we u zo hard in uw gat gestompt hebben.", zeiden ze bedeesd, "Maar, het is ook wel een erg lekker dik gat, hoor!..." ;-)



1 opmerking:

  1. Ewel Kristina, Ik ben volledig akkoord met die gasten. 😎👌👌👌

    BeantwoordenVerwijderen