woensdag 15 november 2017

2 maal tranen.

Voor de tweede keer die ochtend biggelden er dikke tranen over m'n wangen, resoluut en niet te stoppen. Gelukkig dit maal niet van ellende of verdriet, maar van pure opluchting.
Geen 20 minuten eerder hadden de tranen ook niet tegen te houden en overvloedig gevloeid, en dat was van puur pijn, toen de dokter, zij het uiterst voorzichtig, het eerste plaatselijke-verdovingsspuitje in m'n nek prikte. Ik weet niet wat het is met dat spuitje. Zo venijnig en scherp dat het me, zonder fout elke keer weer, prompt dikke snottebellen laat snotteren en kwistig zwarte mascara-strepen op m'n snuit tekent. De verpleegster van dienst stopt me steevast direct een stevig pak tissues in de hand, maar omdat je op dat moment totaal niet meer mag bewegen drupte ik, kin op de borst, 
ook deze keer gelaten verder de voorkant van m'n tuniek en m'n keurig opgeplooide en netjes op m'n schoot neer gelegde vestje kletsnat.
Ik kon een verschrikte en harde 'auw!' echt niet onderdrukken toen de dokter z'n tweede naald in me stak. 'Oei', zei hij, 'doe ik u pijn? Dan zal ik u nog een extra verdoving bij geven!' 'Keurig stil blijven zitten en rustig ademen' droeg de verpleegster me de hele tijd op. Een beetje overbodig, want met de herinnering van m'n vorige bezoek daar in het operatiekwartier nog zeer vers in m'n geheugen durfde ik me sowieso amper bewegen...
Doch, na die tweede afgrijselijk scherpe prik verliep deze epidurale infiltratie bijna gedenkwaardig perfect. Zo mogelijk nóg voorzichtiger en alles dubbel controlerend ging de dokter uiterst zorgvuldig en intens rustig te werk. Uiteraard liet het toenemen van de druk tussen m'n wervels zich voelen, reageerden m'n armen heel even ijskoud op de ingespoten vloeistof en spoelde er een golf van kippenvel over m'n hele lijf, maar dat is volkomen normaal, absoluut niets om ongerust over te zijn of tranen om te laten. 
Voor ik het goed en wel besefte was deze beproeving alweer voorbij. 'Ge zijt bijzonder flink geweest' zei de dokter goedmoedig, zoals een lieve opa tot z'n favoriete kleinkind spreekt, en gaf me een heel voorzichtig schouderklopje. En geloof het of geloof het niet: ik verwachtte op dat moment écht dat hij me nog een kleurrijke lolly in de hand zou stoppen... 
Oprecht ontroerd bedankte ik hem uitgebreid en zowel hij als de aanwezige verpleegsters namen geïnteresseerd de flyers voor de komende kerstconcerten aan. (Ja, rond deze tijd van het jaar krijg je, zélfs onder dit soort omstandigheden, die dingen te pas en te onpas door mij in je hand gedrukt... Ik sleep ze dus tot in het operatiekwartier met me mee! hihi)
Eenmaal in de wachtkamer gerold barstte ik opnieuw in snikken uit, maar dit maal dus van de enorme opluchting die zich van me meester maakte. Als alles voorbij is besef je pas hoe vreselijk bang en gespannen je wel was... 
Grappend over de niet waterproof zijnde mascara -ik zou ondertussen, na 8 keer, toch al zoveel beter moeten weten, hé- en het muzikaal-ritmisch niet samenlopen van de 'piep' van de hartslagmeter en de 'bliep' van de zuurstofsaturatiemeter verbruikte ik giechelend menig papieren zakdoekje -of waren het van die stugge handdoekjes?- zodat, tegen de tijd dat men mij netjes ingestopt en keurig half rechtop in het kussen liggend, als een koningin op haar troon bijna, terug in de grote gemeenschappelijke kamer binnen rolde mijn glimlach, breed van oor tot oor, helemaal droog en ontdaan van elke fout makeup-veegje, opnieuw oogverblindend stralend de ruimte kon vullen.
'Kijk, moeder, het zal wel meevallen, zenne. Deze mevrouw lacht nog steeds!' zei de vrouw tegen de oudere, blijkbaar net toegekomen, patiënte in het bed naast me. En terwijl ik haar positief bevestigend -uiteraard- uitgebreid verder geruststelde met een vrolijke babbel voelde ik onder de deken m'n van twee soorten tranen doorweekte vestje en dacht ik met een ingehouden, oprecht onschuldig grinnikje: 'Ze moesten eens weten...' 😁

















Geen opmerkingen:

Een reactie posten