Mijn plan om brandnetelgier te maken vond meteen ondersteuning bij Herta, een geweldig sympathieke collega op het werk, die me, indien ik dat wenste, gerust een pak brandnetels, volledig biologisch en vrij van pesticiden, uit haar tuin kon bezorgen. En zo een aanbod laat je niet schieten, dus: gisterenochtend overhandigde ze me een grote plastieken boodschappentas boordevol vers geplukte, nog nat van de dauw, fris lentegroene jonge neteltwijgjes.
M'n hele shift lang stond die zak naast me op de grond achter de balie, gewoon, open, kwestie van al dat jeugdige groen niet te verstikken.
Hilariteit alom bij m'n vertrek huiswaarts: een grote huisjesslak had zich gedurende de voormiddag via het plastiek ophoog gewerkt en zat nu op z'n gemak op de rand van de tas rond te kijken.
Grappig, zo'n supplementair huisdier-kado, maar toch liever niet nog eens een veelvraat extra op het terras... Er was wat overredingskracht nodig om hem, of haar, te overtuigen die inmiddels duidelijk vertrouwde zak los te laten. Maar uiteindelijk lukte het me toch om het beestje veilig en wel in het bosje langs m'n weg naar de bus 'vrij' te laten.
Met die nog steeds openstaande boodschappenbrandneteltas naast me op de bank viel het me tijdens de busrit op dat de mensen om me heen zowel bijzonder gefascineerd als met een lichte walging naar me zaten de staren. En ik begreep al snel waarom: er kwamen nóg 3 van die dikke huisjesslakken van tussen de netels gekropen, klaar om het openbaar vervoer te veroveren, veronderstel ik!... Er zat niets anders op dan ze, met de bijbehorende branderige jeuk op m'n handen als gevolg, terug tussen het groen te duwen en de zak, zo goed mogelijk, en duidelijke tot grote opluchting van m'n medereizigers, hermetisch dicht te knopen.
Maak je maar geen zorgen, op het laatste stukje van m'n vaste route, van de tramhalte tot m'n voordeur, heb ik die drie stiekeme passagiers, met natuurlijk -auw auw auw- nog meer geprik in m'n vel en vingers, van tussen het netelige groen gevist en ze met hun drietjes achtergelaten diep in een dicht bebladerde grote struik van een plantsoentje.
Op verschillende tuinsites had ik ondertussen gelezen dat je, door de alles overheersende, absoluut niet te harden stank die het gistingsproces van de brandnetels verspreid, het goedje best zo ver mogelijk van je huis en terras neerzet, ergens helemaal achterin de tuin of zo. Da's natuurlijk iets wat uitgesloten is als je, zoals ik, in een flatgebouw woont... En ik krijg ook liever géén slaande ambras met al die vele verdiepingen boven en naast me.
Er kon echter ook, door simpelweg een half uurtje koken, een dagje laten staan en dan zeven, m.a.w. zónder gistingsproces en bijgevolg ook zónder geurhinder, een extract van de brandnetels getrokken worden dat nog steeds prima werkt ter verdrijving van bladluizen. Da's dus ondertussen allemaal al gebeurd en er staat hier nu 4,5 liter wreed straffe brandnetel-heu...-'thee' -laat ik het zo maar noemen- klaar voor gebruik!
Maar voor ze de grote soeppot in gingen heb ik al de neteltakjes wél eerst, uiterst zorgvuldig en met m'n zelden gebruikte tuinhandschoenen aan, één voor één gecheckt op nog meer verstekelingen. Want als brave vegetariër eet ik uiteraard ook geen, al dan niet gekookte, escargots... ;-)
Ah, daarom vond ik vanavond Klaas, Sofie, Emilienne en Louis niet terug. Gelukkig voelen die zich op vele plaatsen thuis. Al weet ik niet of het plantsoentje blij gaat zijn met hun komst.
BeantwoordenVerwijderenJe hebt er een boel werk in gestoken. 'k Hoop van harte dat de thee je helpt deze bladluizenoorlog te winnen.
Groetjes,
Herta
Daarnet gelezen op http://aha.radio2.be/huis-tuin/planten-hou-lastige-beestjes-weg/ dat Oost-Indische kers zweefliegen aantrekt die je maar wat graag helpen met je strijd tegen de bladluizen.
BeantwoordenVerwijderenhttp://oost-indische-kers.jimdo.com/ is een website met veel informatie over die plant. Je vindt er zelfs recepten.
't Is hier een éénjarige. Je kan hem nu binnen in potjes zaaien of na de ijsheiligen gewoon buiten.
Dag Herta,
VerwijderenOm die reden plant ik al jaren oost-Indische-kers onder elke rozenstruik of -boom! :-)
Niet alleen vanwege het aantrekken van zweefvliegen, maar ook omdat bladluizen dié blaadjes verkiezen boven die van de rozen.
Alleen kan je ze dan uiteraard beter niet meer in de salade draaien... Maar zowel de bloemen als de blaadjes zijn inderdaad eetbaar en ook bijzonder lekker, een beetje peperachtig. Fijn om een doodgewone salade een wat 'pikant' toetsje te geven en met wat kleur op te leuken. :-)
Groetjes,
Kristina