Een zonnige namiddag enkele weken geleden. Gekleed in een losse luchtige tuniek met korte mouwtjes en een witte driekwart broek, met een grote zonnebril op m'n neus en een paar vrolijk flipflopperende slefferkes aan m'n voeten daalde ik, caddy aan de hand, de grote trap voor 't appartementsgebouw af, klaar om op m'n gemakje te voet boodschappen te gaan doen. Iets voorbij den blok maakte ik, zoals gewoonlijk, een korte bocht naar rechts, het betonnen-platen-wandelpad tussen de torenflats op.
Onmiddellijk roefelde de zotte zomerwind m'n haar geestdriftig door elkaar, liet m'n kleurig flodderjurkje vrolijk alle kanten uit flapperen en kriebelde m'n neus met die typische heerlijk zoete geur van zongedroogd grasmaaisel. In het speeltuintje speelden kinderen in het witte zandbakzand en vulden -tot lichte wanhoop van de zonnende moeders op de bank en op een handdoek- aan het drinkfonteintje het ene na het andere emmertje water om uitgebreid moddertaartjes mee te fabriceren. Boven m'n hoofd cirkelden een handvol krijsende meeuwen, ruziënd over wat lekkers, gepikt uit één of andere vuilbak.
En plots, zonder waarschuwing of aankondiging, plots werd ik met elke vezel van m'n lijf en in elke emotie 40 jaar terug in de tijd gekatapulteerd. Daar loop ik, naast mijn vader, op vakantie aan zee, in de al warme ochtendzon die zacht maar resoluut de nevel die tussen de duinen hangt doorbreekt, broodjes van de warme bakker halen voor het ontbijt.
Elk geluid en elke geur van dat wandelpad in de warme zomerzon, zelfs het type 'robuuste' beplanting en de rondhangende 'dagjesmensen', het deed een ver opgeborgen en lang vergeten gevoel van kinderlijke onbezorgdheid en vogelvrije gelukzaligheid in me herleven. Heel bijzonder! Alleen die zilte zoute zeelucht, ja, die ontbrak nog. Maar met een inbeeldingsvermogen als het mijne...
Zolang ik me kan herinneren trokken we elk jaar weer met het steeds groeiende gezin voor een paar weken naar Cadzand-Bad, en verbleven er ook altijd in hetzelfde minuscule huisje onderaan de duinen. De allereerste keer moet ik een jaar of 4 geweest zijn, en toen had ik exact één zus. Door de jaren is de familie een zeer uitgebreid en kleurrijk gezelschap geworden, met nog 2 broers en een zus er bij, al hun partners, en wat later ook hun kinderen. Maar het huisje kon ze allemaal herbergen en de lol op het strand werd er alleen maar groter door.
3 jaar geleden ben ik er voor het laatst geweest, daar in Cadzand, 2 keer zelfs: op 1 mei met ons va en moe -heel erg leuk, hard gelachen, zotte foto's gemaakt- en eind juli met Lieve en Luc, even een dagje uit, al kon ik er met de beste wil van de wereld niet echt van genieten en zat m'n gemoedstoestand ver beneden het vriespunt. 'Naar zee gaan' was voorgoed veranderd: onze va zou er nooit meer bij zijn, en alles daar herinnerde me aan betere tijden...
Het Cadzand-Bad uit mijn jeugd, met z'n wilde nog ongetemde duinen en eindeloos lege, ongerepte en nog onontdekte stranden, dat Cadzand bestaat niet meer. De 'vooruitgang' heeft ook dit idyllisch oord ingepalmd met rijen flatgebouwen, hotels en zelfs een jachthaven. De inmiddels netjes getemde en gemanicuurde natuur is met vele kilometers prikkeldraad afgespannen ter bescherming tegen de meedogenloze zondvloed toeristen en dagjesmensen die zich elke zonnige -en ook minder zonnige- dag op de breed opgespoten stranden tussen de massa storten.
Ja, het is niet anders: die zalige zee uit mijn lang vervlogen jeugdjaren zit nu samen de ondertussen ook van de aardbol verdwenen sprookjestuin van het voormalige ouderlijk huis opgeborgen ergens diep en veilig op een heel bijzonder plekje in mijn herinneringen, als bewaard in een met fluweel bekleed geheim doosje. Dit soort kostbaarheden pak je immers slechts bij uitzondering of hele speciale momenten nog eens met voorzichtige liefkozende gebaren uit, om ze dan heel even koesterend tegen je wang te houden.
Foto's zijn ook leuk, absoluut, en er zijn honderden, misschien wel duizenden kiekjes geschoten in al die vele jaren 'zee'. Maar da's toch niet hetzelfde, want alhoewel ik oprecht blij ben ze te bezitten, het valt me nog steeds behoorlijk zwaar om er doorheen te bladeren. De opwellende gevoelens, emoties en herinneringen zijn nog niet onverdeeld blij. Er hangt voorlopig nog te veel droefenis en gemis aan vast...
Doch... dat wandelpad, hier in de groenvoorziening tussen die betonnen flatgebouwen op den Bosuil, dat moet er anders over gedacht hebben en smeet me zonder pardon, in een soort magische samensmelting van allesoverheersende elementen, terug in dat intense gevoel van onschuldige blijmoedigheid, in dat bijna naïeve, onmetelijk gelukzalige gevoel, dat je als volwassene eindeloos zoekt en nergens meer vinden kan, en dat voor mij al m'n leven lang onlosmakelijk aan de zee en mijn vakantieherinneringen vast hangt.
Sinds die ene zomerse dag een paar weken geleden overvalt dat gevoel me nu elke keer weer als ik ietsje voorbij het flatgebouw waar ik woon rechts afsla, die wandelweg op. Zélfs eergisteren, toen ik gewapend met een grote paraplu een stevige hoeveelheid hemelwater trotseerde, want, geef toe: zo een plensbui af en toe, dat hoort er uiteraard ook bij tijdens een zomervakantie aan de kust...
Wie weet is het allemaal slecht inbeelding en is mijn zee-verlangen, mijn zee-tekort ondertussen ongemerkt zo groot geworden dat het z'n eigen leven gaan leiden is. Dat zou kunnen, wie zal het zeggen... Één ding is zonneklaar: 't wordt duidelijk hoog tijd om weer eens een heerlijk rustig stukje strand op te zoeken, en daar ongestoord te gaan genieten van het voortdurende spel der golven. Ik wil die unieke soundmix van wind, water en vogels weer horen, m'n longen weer diep kunnen vullen met zalig zilte zeelucht, m'n broekzakken vol natte kleurrijke schelpjes proppen, het zout op m'n huid voelen, het zand tussen m'n tenen...
De diagnose is dus overduidelijk: ik heb een acuut tekort aan vitamine zee! 😊
Over muziek, poezen, bloemen, mensen, kerstmis... en zo veel meer. Geniet mee van de grote en kleine belevenissen en bedenkingen van zangeres Kristina Meganck.
woensdag 26 juli 2017
zondag 23 juli 2017
Defilé-bedenkingen.
Onze Belgische Nationale Feestdag stond vroeger, toen ik nog een kind was, absoluut gelijk aan 'defilé-kijken'. Zonder fout zaten wij thuis met z'n allen met feestelijke opwinding en ruim op tijd aan de buis gekluisterd, want we zouden al die pracht en praal van onze landsverdediging zien, de schitterende uniformen, de wapperende veelkleurige vlaggen, vaandels en banieren, de elegant stappende mooie paarden, de tot de verbeelding sprekende gevaarlijk uitziende tanks en al die andere zware voertuigen, en vooral: we zouden de koning zien! En ook de koningin natuurlijk, die met haar jurk, hoed, schoenen en handtas steevast voor gespreksstof zorgde. Ik bewonderde net zo graag al die fraaie hoofddeksels van de vooraanstaande edele dames als dat ik reikhalzend uitkeek naar de met in de zomerwind flapperende en dansende enorme witte pluimen of lange steile paardenharen versierde kepies.
De statige uniformen met veel blinkende knopen, sierlijke tressen en glimmende eretekens waarin fiere militairen, rijkswachters en politiemannen indrukwekkend 'uniform' op het scherm voorbij paradeerden maakten bijzonder veel indruk op mij, als kind. Toen was het defilé een uit de kluiten gewassen plechtige stoet met een koninklijk tintje, en absoluut een feestelijke belevenis.
Met ouder worden -en hopelijk ook wijzer- kreeg de parade een wat wrang bijsmaakje: ik leert dat zo'n defilé, in gelijk welk land, eigenlijk het, voor de hele wereld klaar en duidelijk te aanschouwen, tentoonstellen is van de kracht en de efficiëntie van 's lands legermacht. Puur een kwestie van indruk maken dus, op mogelijke vijanden of belagers. En, ik leerde er ook het meer dan gigantische kostenplaatje kennen, zowel van heel deze parade als van elk stuk oorlogsmateriaal... Voor mij haalde allebei deze bedenkingen het feestelijke gevoel door de jaren zodanig en met toenemende snelheid naar omlaag dat ik niet eens meer de moeite deed om de televisie aan te zetten op de 21ste juli.
Maar dit jaar, omdat m'n moeder het er met enig enthousiasme over had, besloot ik het allemaal toch nog eens een kans te geven -ik ben tenslotte niet alleen fiere Antwerpenaar en Vlaming, maar ook geboren en getogen Belg- en zapte op het goeie moment naar de juiste televisiezender.
Toch nog veel volk daar in Brussel, ondanks de immer aanwezige angst voor een aanslag. Het opvallende, zelfs uitzonderlijke, zonnige weer zal wel geholpen hebben, denk ik. De breed glimlachende koning en koningin zagen er goed uit, en gelukkig ook. Erg leuke jurk en hoed, Mathilde. Prins Laurent keuvelde gezellig op z'n zondags met z'n echtgenote Claire, z'n zus Astrid en haar man Lorenzo. Zelfs de prinsjes en prinsesjes zaten er bijzonder braaf en voorbeeldig bij, doch duidelijk ook een heel klein beetje verveeld, maar hoe zou je zelf zijn als kind, zo'n defilé, da's best wel wat aan de langdradige kant, hé...
En net toen ik niet ontevreden dacht "Oké, dit valt eigenlijk wel mee" en me wat meer op m'n gemak in de zetel nestelde voor het vervolg, net op dat moment zwaaide de camera langzaam richting de tribune met daarop de andere 'hooggeplaatste' genodigden: ministers, senatoren, volksvertegenwoordigers en dergelijke... en uiteraard, wat had je gedacht, alsof het weer exact zo moest zijn viel mijn oog metéén op een minister die, terwijl de landsverdedigers strak in 't gelid fier voorbij marcheerden, totaal ongeïnteresseerd wat boers voorovergebogen op z'n stoel met z'n mobiele telefoon zat te spelen! En daar, op de koop toe, schuin achter hem, een andere die, hoofd wat achterover, ogen gesloten -zie ik dat wel goed?- een dutje deed?!
Oké, klopt, het kan slechts een 'afwijkend' moment geweest zijn, net op het ogenblik dat ik keek. En er kan mij inderdaad één of andere onderliggende reden volledig ontgaan zijn, dat is mogelijk. Doch deze momentopname bewees volgens mij alleen nóg maar eens het totàle niet-betrokken-zijn van onze politici en hun algemene ongeïnteresseerdheid. Reden genoeg om teleurgesteld en licht verontwaardigd de TV alweer terug uit te zetten en "typisch België" te zuchten.
M'n gedachten gingen als vanzelf naar die kennissen van me, uitermate -en terecht- trots op hun in Brussel mee-marcherende zoon, kroon op z'n militaire carrière. Hij is één van die vele mannen en vrouwen, zonen en dochters, moeders en vaders, die ten dienste staan en waken over de veiligheid van dit land en z'n inwoners. Mensen die oprecht 'fier om te dienen' zijn, wat meteen ook de titel van het defilé dit jaar was.
En heu... ten dienste van wie staan al die ministers en heel die reutemeteut ook weer?!... En hoeveel krijgen ze daarvoor ook weer betaald?!... Volgens mij slaat dat 'fier om te dienen' eigenlijk ook op hen: als iets wat hen veel te vaak ontbreekt, iets wat ze een stuk meer zouden moeten zijn! Niet dan?
Allé, het kan toch echt niet teveel gevraagd zijn om i.p.v. te smssen of te dutten vanop die eretribune wat welgemeende aandacht te bieden aan hen die zodànig fier zijn om te dienen dat ze zélfs bereid zijn indien nodig voor dit kleine land hun leven te geven...
Och, dit zijn slecht mijn persoonlijke brompot-defilé-bedenkingen, en wie ben ik?... En gelukkig zijn er nog zoveel andere typische Belgische dingen, zoals de fantastische humor die bij zowat élke gebeurtenis, vrolijk of triest, onmiddellijk de kop opsteekt, met als ultiem defilé-voorbeeld de 4,99-euro-Ikea-fruitschaal-hoed van prinses Claire. Schitterend gevonden en zo grappig!
En behalve fruit heeft dit landje nog zoveel ander lekkers te bieden: de chocolade, de wafels, de mosselen... En bovenaan het lijstje der heerlijkheden staan natuurlijk de wereldberoemde frietjes! Zo verrukkelijk dat er op de sociale media een lollig filmpje verscheen van een stel hongerige militairen die er na het defilé blijkbaar zo snel mogelijk een stevige portie van wou verorberen en zich daarom -da's toch doodnormaal- naar de drive-in van de dichtstbijzijnde snacktent begaven, met hun gecamoufleerde pantserwagen en al! Ik vond het hilarisch. En, naar mijn bescheiden mening: wauw, wat een meer dan uitstekende stuurvermogen ook!
Achteraf bleek dat filmpje spijtig genoeg niet echt te zijn, een hoax zoals dat dan heet... Wel, voor mij maakt het absoluut geen enkel verschil, want het heeft me zo fenomenaal doen lachen dat ik -oef, gelukkig maar- na al die mopperkont-defilé-bedenkingen weer meteen m'n vrolijkheid en positiviteit terug vond. Veel beter zo, hé. 😉
De statige uniformen met veel blinkende knopen, sierlijke tressen en glimmende eretekens waarin fiere militairen, rijkswachters en politiemannen indrukwekkend 'uniform' op het scherm voorbij paradeerden maakten bijzonder veel indruk op mij, als kind. Toen was het defilé een uit de kluiten gewassen plechtige stoet met een koninklijk tintje, en absoluut een feestelijke belevenis.
Met ouder worden -en hopelijk ook wijzer- kreeg de parade een wat wrang bijsmaakje: ik leert dat zo'n defilé, in gelijk welk land, eigenlijk het, voor de hele wereld klaar en duidelijk te aanschouwen, tentoonstellen is van de kracht en de efficiëntie van 's lands legermacht. Puur een kwestie van indruk maken dus, op mogelijke vijanden of belagers. En, ik leerde er ook het meer dan gigantische kostenplaatje kennen, zowel van heel deze parade als van elk stuk oorlogsmateriaal... Voor mij haalde allebei deze bedenkingen het feestelijke gevoel door de jaren zodanig en met toenemende snelheid naar omlaag dat ik niet eens meer de moeite deed om de televisie aan te zetten op de 21ste juli.
Maar dit jaar, omdat m'n moeder het er met enig enthousiasme over had, besloot ik het allemaal toch nog eens een kans te geven -ik ben tenslotte niet alleen fiere Antwerpenaar en Vlaming, maar ook geboren en getogen Belg- en zapte op het goeie moment naar de juiste televisiezender.
Toch nog veel volk daar in Brussel, ondanks de immer aanwezige angst voor een aanslag. Het opvallende, zelfs uitzonderlijke, zonnige weer zal wel geholpen hebben, denk ik. De breed glimlachende koning en koningin zagen er goed uit, en gelukkig ook. Erg leuke jurk en hoed, Mathilde. Prins Laurent keuvelde gezellig op z'n zondags met z'n echtgenote Claire, z'n zus Astrid en haar man Lorenzo. Zelfs de prinsjes en prinsesjes zaten er bijzonder braaf en voorbeeldig bij, doch duidelijk ook een heel klein beetje verveeld, maar hoe zou je zelf zijn als kind, zo'n defilé, da's best wel wat aan de langdradige kant, hé...
En net toen ik niet ontevreden dacht "Oké, dit valt eigenlijk wel mee" en me wat meer op m'n gemak in de zetel nestelde voor het vervolg, net op dat moment zwaaide de camera langzaam richting de tribune met daarop de andere 'hooggeplaatste' genodigden: ministers, senatoren, volksvertegenwoordigers en dergelijke... en uiteraard, wat had je gedacht, alsof het weer exact zo moest zijn viel mijn oog metéén op een minister die, terwijl de landsverdedigers strak in 't gelid fier voorbij marcheerden, totaal ongeïnteresseerd wat boers voorovergebogen op z'n stoel met z'n mobiele telefoon zat te spelen! En daar, op de koop toe, schuin achter hem, een andere die, hoofd wat achterover, ogen gesloten -zie ik dat wel goed?- een dutje deed?!
Oké, klopt, het kan slechts een 'afwijkend' moment geweest zijn, net op het ogenblik dat ik keek. En er kan mij inderdaad één of andere onderliggende reden volledig ontgaan zijn, dat is mogelijk. Doch deze momentopname bewees volgens mij alleen nóg maar eens het totàle niet-betrokken-zijn van onze politici en hun algemene ongeïnteresseerdheid. Reden genoeg om teleurgesteld en licht verontwaardigd de TV alweer terug uit te zetten en "typisch België" te zuchten.
M'n gedachten gingen als vanzelf naar die kennissen van me, uitermate -en terecht- trots op hun in Brussel mee-marcherende zoon, kroon op z'n militaire carrière. Hij is één van die vele mannen en vrouwen, zonen en dochters, moeders en vaders, die ten dienste staan en waken over de veiligheid van dit land en z'n inwoners. Mensen die oprecht 'fier om te dienen' zijn, wat meteen ook de titel van het defilé dit jaar was.
En heu... ten dienste van wie staan al die ministers en heel die reutemeteut ook weer?!... En hoeveel krijgen ze daarvoor ook weer betaald?!... Volgens mij slaat dat 'fier om te dienen' eigenlijk ook op hen: als iets wat hen veel te vaak ontbreekt, iets wat ze een stuk meer zouden moeten zijn! Niet dan?
Allé, het kan toch echt niet teveel gevraagd zijn om i.p.v. te smssen of te dutten vanop die eretribune wat welgemeende aandacht te bieden aan hen die zodànig fier zijn om te dienen dat ze zélfs bereid zijn indien nodig voor dit kleine land hun leven te geven...
Och, dit zijn slecht mijn persoonlijke brompot-defilé-bedenkingen, en wie ben ik?... En gelukkig zijn er nog zoveel andere typische Belgische dingen, zoals de fantastische humor die bij zowat élke gebeurtenis, vrolijk of triest, onmiddellijk de kop opsteekt, met als ultiem defilé-voorbeeld de 4,99-euro-Ikea-fruitschaal-hoed van prinses Claire. Schitterend gevonden en zo grappig!
En behalve fruit heeft dit landje nog zoveel ander lekkers te bieden: de chocolade, de wafels, de mosselen... En bovenaan het lijstje der heerlijkheden staan natuurlijk de wereldberoemde frietjes! Zo verrukkelijk dat er op de sociale media een lollig filmpje verscheen van een stel hongerige militairen die er na het defilé blijkbaar zo snel mogelijk een stevige portie van wou verorberen en zich daarom -da's toch doodnormaal- naar de drive-in van de dichtstbijzijnde snacktent begaven, met hun gecamoufleerde pantserwagen en al! Ik vond het hilarisch. En, naar mijn bescheiden mening: wauw, wat een meer dan uitstekende stuurvermogen ook!
Achteraf bleek dat filmpje spijtig genoeg niet echt te zijn, een hoax zoals dat dan heet... Wel, voor mij maakt het absoluut geen enkel verschil, want het heeft me zo fenomenaal doen lachen dat ik -oef, gelukkig maar- na al die mopperkont-defilé-bedenkingen weer meteen m'n vrolijkheid en positiviteit terug vond. Veel beter zo, hé. 😉
Bekijk het volledige filmpje: Even een frietje halen...
vrijdag 14 juli 2017
De eenzame bruid.
Een maand of 2, 3 vooraf verstuurden ze al die prachtige persoonlijk gemaakte uitnodigingen. Dat gaf de geïnviteerde familieleden, vrienden, collega's en kennissen zeker tijd genoeg om hun al dan niet aanwezig zijn door te geven.
De originele feestlocatie, uiteraard ook keurig op voorhand geboekt, en voor de gelegenheid versierd met vele tientallen witte ballonnen en rode hartjes, was er helemaal klaar voor. De dansvloer lag blinkend te wachten op dartele feestvierders, die zeker en vast een paar danskes zouden placeren op de ritmes waarmee de aanwezige DJ de ruimte vulde. Voor elke honger, groot of klein, bood het uitgebreide koude en warme buffet wel wat lekkers en een stel nette afgeborstelde obers schonken elke dorstige aanwezige met veel plezier en met elegante zwier de gewenste drankjes uit.
Ja, dit kon eigenlijk alleen maar een echt top-avond worden!...
Op die zomerse zaterdagavond vertrok ik aldus om het huwelijk van m'n lieve vriendin Lieve en hare grote schat, de Luc, mee te gaan vieren. Ze beloofden elkaar reeds dag op dag 6 maanden eerder, op 24 december -ja, de dag voor kerst dus, leuk, hé- eeuwige trouw in het plaatselijke districtshuis. Maar dat ging een beetje stiekem. En slechts in het bijzijn van dochters en getuigen. Heel weinig mensen wisten er van en ik herinner me nog hoe Lieve vol van vreugde en geluk niet kon wachten het grote geheim toch al over de telefoon met mij te delen. Maar 'k moest wel zweren er niks van te verklappen!
Lieve en Luc zijn voor mij geweldige 'alles-is-mogelijk'-voorbeelden, toch wat romantiek en liefde betreft. Hun story lijkt misschien wat gewoon, op 't eerste zicht niet uitzonderlijk of spectaculair, maar ik weet écht wel beter. En nee, het is geen liefdesverhaal vrij van zorgen of verdriet, maar die donkere momenten hebben hun liefde alleen maar sterker gemaakt en hen naar elkaar toe doen groeien. Het is dus niet altijd rozengeur en maneschijn, maar er ís verdorie wel rozengeur en maneschijn, hé! Ja, ik geniet van hen en van hoe zij van elkaar houden. Hartverwarmend vind ik dat, eerlijk waar.
Een uurtje na de officiële aanvang van de festiviteiten arriveerde ik, uiteraard netjes van kop tot teen gekleed -inclusief tweekleurig handtasje en schoenen- uitsluitend in zwart-wit zoals de dresscode vereiste, en... voelde me meteen zwaar op m'n ongemak. In tegenstelling tot het soort uitgelaten geanimeerde huwelijksherrie die ik verwachtte hing er tussen de schaarse aanwezigen, de meesten met een glas in de hand wat ongemakkelijk gemoedelijk pratend op het erg leeg aanvoelende terras, een bijna tastbare geladen spanning.
De bruid zag er fenomenaal uit in haar strakke, glanzende en kunstig gedrapeerde purper-lila jurk, speels opgestoken krullen en uitbundige glitterdetails. Maar haar ogen, die twinkelden en straalden niet zoals de rest van haar koninklijke verschijning... Terecht, zoals meteen bleek bij onze begroeting.
Even daarvoor had ze namelijk hoog dringend haar bruidegom met bijzonder verontrustende hartklachten bij de spoedafdeling van het ziekenhuis binnengebracht! En, met geen tijd meer om alles af te blazen -de hele reutemeteut was trouwens ook al volledig betaald- zat er niks anders op hem, vastgekoppeld aan de hartmonitor en weet-ik-veel welke andere medische toestellen, achter te laten in het ziekenhuis, vertrouwend op de toegewijde zorgen van het verplegend personeel. Nog steeds ongerust, zo zonder sluitende diagnose of enige andere concrete info, haastte ze zich huiswaarts om, na zichzelf razendsnel in prachtige bruid te hebben omgetoverd, als perfecte gastvrouw de arriverende genodigden te ontvangen.
De ondertussen verwittigde familie van de bruidegom had afgezien van de erg lange rit naar het feest zonder hun Luc, waardoor uiteraard meteen een heel groot deel aanwezigen weg viel. Gelukkig werd de bruid liefdevol omringt door haar eigen familieleden en een pak echt super fijne oprecht bekommerde vriendinnen. En hoe onmogelijk ook, elk van ons deed z'n uiterste best om de stemming er toch een heel klein beetje in te krijgen en te houden. Er werd ernstig gebuffeld om die enorme, veel te grote berg catering tenminste iets te doen slinken, en dat extra glaasje wijn, bier of sterker hielp gelukkig ook mee. De fenomenale huwelijkstaart, gróót! en móói!, die kregen we spijtig genoeg zelfs niet eens voor de helft meer weggewerkt...
Echt een hele vreemde avond was het, deze bizarre bruidegomloze trouwpartij. Een mix van vreugde en verdriet, met veel ongerustheid en onzekerheid, maar ook met vertrouwen en warme genegenheid. En met liefde, heel veel liefde. Voor de afwezige echtgenoot, onder de hartsvriendinnen, tussen de familieleden... Ja, die brede waaier van allerlei soorten liefde, dat was erg mooi om te zien en te ervaren.
Ondertussen kan ik u geruststellen: alles komt goed met Luc en z'n hart. Toen ik Lieve een paar dagen later belde voor een update kreeg ik, verrassend genoeg, hem zélf aan de telefoon, thuis in afwachting van z'n hartoperatie. De dokters weten wat er mis is en het is te repareren. Oef. Luc z'n hart zal dus, opgelapt en wel, nog heeeel lang voor Lieve mogen kloppen, zoals het hare voor hem. 💖
Weet je wat ik er van denk? Bij een uitzonderlijke liefde hoort eigenlijk ook wel zo'n uitzonderlijk feest... Niet dan? 't Is alleszins zeker dat ze het nooooit zullen vergeten. En ik durf te wedden dat er tegen hun zilveren jubileum een massa geweldig straffe verhalen over wanhopig eenzame bruiden en bruidegommen met letterlijk gebroken harten de ronde zullen doen! Mijn persoonlijke verslag van de hele historie hier kan er alvast als opstapje voor dienen... 😁
Lieve en Luc, nogmaals proficiat, en... vaart wel ende levet scone. 😉 Xxx
,
De originele feestlocatie, uiteraard ook keurig op voorhand geboekt, en voor de gelegenheid versierd met vele tientallen witte ballonnen en rode hartjes, was er helemaal klaar voor. De dansvloer lag blinkend te wachten op dartele feestvierders, die zeker en vast een paar danskes zouden placeren op de ritmes waarmee de aanwezige DJ de ruimte vulde. Voor elke honger, groot of klein, bood het uitgebreide koude en warme buffet wel wat lekkers en een stel nette afgeborstelde obers schonken elke dorstige aanwezige met veel plezier en met elegante zwier de gewenste drankjes uit.
Ja, dit kon eigenlijk alleen maar een echt top-avond worden!...
Op die zomerse zaterdagavond vertrok ik aldus om het huwelijk van m'n lieve vriendin Lieve en hare grote schat, de Luc, mee te gaan vieren. Ze beloofden elkaar reeds dag op dag 6 maanden eerder, op 24 december -ja, de dag voor kerst dus, leuk, hé- eeuwige trouw in het plaatselijke districtshuis. Maar dat ging een beetje stiekem. En slechts in het bijzijn van dochters en getuigen. Heel weinig mensen wisten er van en ik herinner me nog hoe Lieve vol van vreugde en geluk niet kon wachten het grote geheim toch al over de telefoon met mij te delen. Maar 'k moest wel zweren er niks van te verklappen!
Lieve en Luc zijn voor mij geweldige 'alles-is-mogelijk'-voorbeelden, toch wat romantiek en liefde betreft. Hun story lijkt misschien wat gewoon, op 't eerste zicht niet uitzonderlijk of spectaculair, maar ik weet écht wel beter. En nee, het is geen liefdesverhaal vrij van zorgen of verdriet, maar die donkere momenten hebben hun liefde alleen maar sterker gemaakt en hen naar elkaar toe doen groeien. Het is dus niet altijd rozengeur en maneschijn, maar er ís verdorie wel rozengeur en maneschijn, hé! Ja, ik geniet van hen en van hoe zij van elkaar houden. Hartverwarmend vind ik dat, eerlijk waar.
Een uurtje na de officiële aanvang van de festiviteiten arriveerde ik, uiteraard netjes van kop tot teen gekleed -inclusief tweekleurig handtasje en schoenen- uitsluitend in zwart-wit zoals de dresscode vereiste, en... voelde me meteen zwaar op m'n ongemak. In tegenstelling tot het soort uitgelaten geanimeerde huwelijksherrie die ik verwachtte hing er tussen de schaarse aanwezigen, de meesten met een glas in de hand wat ongemakkelijk gemoedelijk pratend op het erg leeg aanvoelende terras, een bijna tastbare geladen spanning.
De bruid zag er fenomenaal uit in haar strakke, glanzende en kunstig gedrapeerde purper-lila jurk, speels opgestoken krullen en uitbundige glitterdetails. Maar haar ogen, die twinkelden en straalden niet zoals de rest van haar koninklijke verschijning... Terecht, zoals meteen bleek bij onze begroeting.
Even daarvoor had ze namelijk hoog dringend haar bruidegom met bijzonder verontrustende hartklachten bij de spoedafdeling van het ziekenhuis binnengebracht! En, met geen tijd meer om alles af te blazen -de hele reutemeteut was trouwens ook al volledig betaald- zat er niks anders op hem, vastgekoppeld aan de hartmonitor en weet-ik-veel welke andere medische toestellen, achter te laten in het ziekenhuis, vertrouwend op de toegewijde zorgen van het verplegend personeel. Nog steeds ongerust, zo zonder sluitende diagnose of enige andere concrete info, haastte ze zich huiswaarts om, na zichzelf razendsnel in prachtige bruid te hebben omgetoverd, als perfecte gastvrouw de arriverende genodigden te ontvangen.
De ondertussen verwittigde familie van de bruidegom had afgezien van de erg lange rit naar het feest zonder hun Luc, waardoor uiteraard meteen een heel groot deel aanwezigen weg viel. Gelukkig werd de bruid liefdevol omringt door haar eigen familieleden en een pak echt super fijne oprecht bekommerde vriendinnen. En hoe onmogelijk ook, elk van ons deed z'n uiterste best om de stemming er toch een heel klein beetje in te krijgen en te houden. Er werd ernstig gebuffeld om die enorme, veel te grote berg catering tenminste iets te doen slinken, en dat extra glaasje wijn, bier of sterker hielp gelukkig ook mee. De fenomenale huwelijkstaart, gróót! en móói!, die kregen we spijtig genoeg zelfs niet eens voor de helft meer weggewerkt...
Echt een hele vreemde avond was het, deze bizarre bruidegomloze trouwpartij. Een mix van vreugde en verdriet, met veel ongerustheid en onzekerheid, maar ook met vertrouwen en warme genegenheid. En met liefde, heel veel liefde. Voor de afwezige echtgenoot, onder de hartsvriendinnen, tussen de familieleden... Ja, die brede waaier van allerlei soorten liefde, dat was erg mooi om te zien en te ervaren.
Ondertussen kan ik u geruststellen: alles komt goed met Luc en z'n hart. Toen ik Lieve een paar dagen later belde voor een update kreeg ik, verrassend genoeg, hem zélf aan de telefoon, thuis in afwachting van z'n hartoperatie. De dokters weten wat er mis is en het is te repareren. Oef. Luc z'n hart zal dus, opgelapt en wel, nog heeeel lang voor Lieve mogen kloppen, zoals het hare voor hem. 💖
Weet je wat ik er van denk? Bij een uitzonderlijke liefde hoort eigenlijk ook wel zo'n uitzonderlijk feest... Niet dan? 't Is alleszins zeker dat ze het nooooit zullen vergeten. En ik durf te wedden dat er tegen hun zilveren jubileum een massa geweldig straffe verhalen over wanhopig eenzame bruiden en bruidegommen met letterlijk gebroken harten de ronde zullen doen! Mijn persoonlijke verslag van de hele historie hier kan er alvast als opstapje voor dienen... 😁
Lieve en Luc, nogmaals proficiat, en... vaart wel ende levet scone. 😉 Xxx
,
woensdag 5 juli 2017
Operatie nummer 12.
Toen er vorig jaar, bij m'n schouderbreuk, geen operatie nodig bleek om perfect te herstellen waren we allemaal opgelucht. Maar ik denk dat het gezondheidsduiveltje in mijn lijf het op de één of andere manier een soort 'gemiste kans' vond... Handig misbruik makend van die zwakke plek, in combinatie met mijn dagelijks overvolle-openbaar-vervoer-gebruik (d.w.z. met al je gewicht -en soms ook nog dat van anderen er bij- aan één arm hangende, jezelf met een bijna onmenselijke kracht staande houdend) zorgde dat duiveltje voor een prachtige overbelasting met als kroon op het werk een zichzelf in stand houdende ontsteking op de pees in m'n schouder, en op de koop toe een zeer pijnlijke nek als gevolg. Na lang twijfelen toch schoorvoetend op consult bij m'n neurochirurg plus wat foto's en een echografietje later werd snel duidelijk dat alleen een operatie dit euvel op een afdoende manier kon verhelpen...
En zo ging ik gisteren dus richting ziekenhuis, voor m'n zoveelste ingreep.
Wreed slecht geslapen, draaien en keren, zenuwachtig, niet wetend wat nu weer te verwachten. Opnieuw weken sukkelen met aan- en uitkleden? Weer een tijdje immobiel, fiets op stal, boodschappen te voet? Wassen met een washandje, geen bad of douche? En wat met koken, en poetsen, en plantjes water geven?... 'k Zag het even niet meer zitten, maar -zucht- niks aan te doen. 't Is wat het is.
'Gelieve u om 7u30 aan te melden'. Da's dus om 6u 't bed uit en om 7u de tram op... om vervolgens een dik uur in de wachtzaal vast te zitten. Tja, nood- en spoedoperaties gaan voor natuurlijk. En daar heb ik alle begrip voor.
Het dagziekenhuis bleek nogal een doolhof te zijn, maar na een tripje of 6 heen en weer, omdat er blijkbaar niks klopte van m'n nieuwe hospitalisatieverzekering en ik dat uiteraard allemaal nog eerst even geregeld moest krijgen, kende ik de weg naar m'n kamer en bed al snel op m'n duimpje. Gezellige mensen, daar zo om me heen. Allemaal met kapotte knieën, sportfracturen ook allemaal -sport is toch zooooo gezond, hé- en allemaal wat zenuwachtig, dus een paar grapjes gingen er goed in. Vooral mijn bed zorgde voor de hilarische noot: elke keer ik het, al dan niet voorzien van begeleidende zotte commentaar, op of neer liet gaan piepte en kraakte dat het een lieve lust was. 't Had vermoedelijk toch ook dringend eens een ingreepje nodig, denk ik, een 'smeer-operatie'. hihihi
En verder: wachten, niets dan wachten, 't was al gauw het thema van de dag. Pas om 10u reden ze me met bed en al, zoals dat gaat -vroem vroem, sleur sleur, boem tegen de deur- naar het operatiekwartier, waar ik -echt waar, niet gelogen- nog tot 12u in de wachtruimte met m'n duimen te draaien lag. Niets anders dan openende en sluitende deuren om me heen en het steeds wisselende, heel erg korte gezelschap van een andere geparkeerde patient.
De verpleegster die me uiteindelijk dan toch richting operatieruimte rolde vertelde me dat ze de volgende patient altijd netjes op tijd 'bestelden' -dat was echt het woord dat ze gebruikte, ook heel grappig, vond ik- maar dat ze niet altijd grip hebben op het al dan niet vlotte verloop van de voorafgaande operatie. En ik vrees een beetje dat het een zware dobber geweest was, die ingreep vlak voor mij, want afgezien van de lange wachttijd zag ik ook nog eens m'n vertrouwde chirurg vermoeid op een krukje wat wezenloos voor zich uit zitten staren, en zo had ik hem nog nooit gezien. Er hing een vreemde stemming in de zaal, maar ik sluit niet uit dat het mogelijk ook voor een stuk aan die ambetante zenuwachtigheid en mijn nimmer rustende verbeelding gelegen kan hebben... Alleszins, met een paar onnozele grapjes en het zenuwachtige gegiechel bij die vreselijk onhandige overstap van het bed naar de operatietafel -dat schuift voor geen meter en werkelijk àlles komt dubbel te zitten- waren ze klaar om aan mijn kijkoperatie te beginnen. Of in de correcte medische vaktermen uitgedrukt: 'zij verrichtten een AS acromioplastie voor een peroperatief uitgebreidde supraspinatus tendinopathie wegens subacromiaal impingment linker schouder.' Heu, ja, dàt dus. hihi. Oké dan. Hum.
Bon, na wat gepuzzel met armen, kussens, ondersteun-dingen, ingewikkelde verbanden en hartmonitor-zuignappen kreeg ik de opdracht m'n ogen dicht te doen, het commando m'n snater stil te leggen en het bevel lekker te gaan slapen. Wat ik ook prompt allemaal braaf deed, natuurlijk.
Haaaa, zalig, zo fijn, wat een verschil: voor het eerst ontwaakte ik eens zonder paniekaanvallen en zonder misselijkheid uit de narcose. Joepie!
Na een extra controle van de 2 wondjes en een stel verse plakkers, een glutenvrij boterhammetje confituur en een grote kop suikerthee, en tot slot het obligate bezoekje van de chirurg met nog wat instructies mocht ik onder gezellige begeleiding van vriendin Ingrid, nog serieus slaperig en natuurlijk weer met de tram, dus ook met wat gesukkel, alweer huiswaarts keren. En al kan het voorlopig een tijdje wat moeilijk op m'n linkerkant, m'n lievelingsslaapzijde, niets is zo heerlijk om na zo'n hospitaaldagje in je eigen vertrouwde veilige nest verder te kunnen dutten, hé.
Het totale genezingsproces duurt zo'n 4 à 6 weken, maar het super goeie nieuws is dat ik ondertussen qua bewegingen eigenlijk in niets beperkt ben, of het moest door eventuele pijn zijn. 'Zo normaal mogelijk leven en je armen en schouders zo gewoon mogelijk gebruiken', was wat de dokter me meegaf bij m'n ontslag. De draagband mag zeker bij het buiten gaan aan, maar dan vooral om passanten het signaal te geven dat er een geblesseerde persoon in hun midden loopt... Zelfs een boodschappentasje of kleine handtas dragen met m'n linkerarm mag deze week al. Ja, het kan soms ook wel eens meevallen, hé...
Vannacht snuffelden om de beurt Poekie en Pompon uitgebreid aan m'n pleisters en trachtten ze die vreemde ziekenhuisgeuren van narcose en ontsmettingsmiddelen thuis te brengen. Tja, er blijven ondertussen slecht weinig lichaamsdelen bij me over waar nog niet in gesneden geweest is, vrees ik. Littekens groot en klein, à volonté en aan alle kanten. Ik begin een beetje op een lappendeken te lijken, een knip- en plakwerkje, hier en daar gepimpt met wat edelmetaal... hihi
'De hoeveelste operatie zou dit ook alweer geweest zijn?' dacht ik, begon even in m'n hoofd m'n leven te overlopen en alle ondergane operaties op te tellen, en kwam zo toch wat verbaasd tot de constatatie dat dit al ingreep nummer 12 was!... Ik had verdorie een abonnement moeten nemen! ;-)
En zo ging ik gisteren dus richting ziekenhuis, voor m'n zoveelste ingreep.
Wreed slecht geslapen, draaien en keren, zenuwachtig, niet wetend wat nu weer te verwachten. Opnieuw weken sukkelen met aan- en uitkleden? Weer een tijdje immobiel, fiets op stal, boodschappen te voet? Wassen met een washandje, geen bad of douche? En wat met koken, en poetsen, en plantjes water geven?... 'k Zag het even niet meer zitten, maar -zucht- niks aan te doen. 't Is wat het is.
'Gelieve u om 7u30 aan te melden'. Da's dus om 6u 't bed uit en om 7u de tram op... om vervolgens een dik uur in de wachtzaal vast te zitten. Tja, nood- en spoedoperaties gaan voor natuurlijk. En daar heb ik alle begrip voor.
Het dagziekenhuis bleek nogal een doolhof te zijn, maar na een tripje of 6 heen en weer, omdat er blijkbaar niks klopte van m'n nieuwe hospitalisatieverzekering en ik dat uiteraard allemaal nog eerst even geregeld moest krijgen, kende ik de weg naar m'n kamer en bed al snel op m'n duimpje. Gezellige mensen, daar zo om me heen. Allemaal met kapotte knieën, sportfracturen ook allemaal -sport is toch zooooo gezond, hé- en allemaal wat zenuwachtig, dus een paar grapjes gingen er goed in. Vooral mijn bed zorgde voor de hilarische noot: elke keer ik het, al dan niet voorzien van begeleidende zotte commentaar, op of neer liet gaan piepte en kraakte dat het een lieve lust was. 't Had vermoedelijk toch ook dringend eens een ingreepje nodig, denk ik, een 'smeer-operatie'. hihihi
En verder: wachten, niets dan wachten, 't was al gauw het thema van de dag. Pas om 10u reden ze me met bed en al, zoals dat gaat -vroem vroem, sleur sleur, boem tegen de deur- naar het operatiekwartier, waar ik -echt waar, niet gelogen- nog tot 12u in de wachtruimte met m'n duimen te draaien lag. Niets anders dan openende en sluitende deuren om me heen en het steeds wisselende, heel erg korte gezelschap van een andere geparkeerde patient.
De verpleegster die me uiteindelijk dan toch richting operatieruimte rolde vertelde me dat ze de volgende patient altijd netjes op tijd 'bestelden' -dat was echt het woord dat ze gebruikte, ook heel grappig, vond ik- maar dat ze niet altijd grip hebben op het al dan niet vlotte verloop van de voorafgaande operatie. En ik vrees een beetje dat het een zware dobber geweest was, die ingreep vlak voor mij, want afgezien van de lange wachttijd zag ik ook nog eens m'n vertrouwde chirurg vermoeid op een krukje wat wezenloos voor zich uit zitten staren, en zo had ik hem nog nooit gezien. Er hing een vreemde stemming in de zaal, maar ik sluit niet uit dat het mogelijk ook voor een stuk aan die ambetante zenuwachtigheid en mijn nimmer rustende verbeelding gelegen kan hebben... Alleszins, met een paar onnozele grapjes en het zenuwachtige gegiechel bij die vreselijk onhandige overstap van het bed naar de operatietafel -dat schuift voor geen meter en werkelijk àlles komt dubbel te zitten- waren ze klaar om aan mijn kijkoperatie te beginnen. Of in de correcte medische vaktermen uitgedrukt: 'zij verrichtten een AS acromioplastie voor een peroperatief uitgebreidde supraspinatus tendinopathie wegens subacromiaal impingment linker schouder.' Heu, ja, dàt dus. hihi. Oké dan. Hum.
Bon, na wat gepuzzel met armen, kussens, ondersteun-dingen, ingewikkelde verbanden en hartmonitor-zuignappen kreeg ik de opdracht m'n ogen dicht te doen, het commando m'n snater stil te leggen en het bevel lekker te gaan slapen. Wat ik ook prompt allemaal braaf deed, natuurlijk.
Haaaa, zalig, zo fijn, wat een verschil: voor het eerst ontwaakte ik eens zonder paniekaanvallen en zonder misselijkheid uit de narcose. Joepie!
Na een extra controle van de 2 wondjes en een stel verse plakkers, een glutenvrij boterhammetje confituur en een grote kop suikerthee, en tot slot het obligate bezoekje van de chirurg met nog wat instructies mocht ik onder gezellige begeleiding van vriendin Ingrid, nog serieus slaperig en natuurlijk weer met de tram, dus ook met wat gesukkel, alweer huiswaarts keren. En al kan het voorlopig een tijdje wat moeilijk op m'n linkerkant, m'n lievelingsslaapzijde, niets is zo heerlijk om na zo'n hospitaaldagje in je eigen vertrouwde veilige nest verder te kunnen dutten, hé.
Het totale genezingsproces duurt zo'n 4 à 6 weken, maar het super goeie nieuws is dat ik ondertussen qua bewegingen eigenlijk in niets beperkt ben, of het moest door eventuele pijn zijn. 'Zo normaal mogelijk leven en je armen en schouders zo gewoon mogelijk gebruiken', was wat de dokter me meegaf bij m'n ontslag. De draagband mag zeker bij het buiten gaan aan, maar dan vooral om passanten het signaal te geven dat er een geblesseerde persoon in hun midden loopt... Zelfs een boodschappentasje of kleine handtas dragen met m'n linkerarm mag deze week al. Ja, het kan soms ook wel eens meevallen, hé...
Vannacht snuffelden om de beurt Poekie en Pompon uitgebreid aan m'n pleisters en trachtten ze die vreemde ziekenhuisgeuren van narcose en ontsmettingsmiddelen thuis te brengen. Tja, er blijven ondertussen slecht weinig lichaamsdelen bij me over waar nog niet in gesneden geweest is, vrees ik. Littekens groot en klein, à volonté en aan alle kanten. Ik begin een beetje op een lappendeken te lijken, een knip- en plakwerkje, hier en daar gepimpt met wat edelmetaal... hihi
'De hoeveelste operatie zou dit ook alweer geweest zijn?' dacht ik, begon even in m'n hoofd m'n leven te overlopen en alle ondergane operaties op te tellen, en kwam zo toch wat verbaasd tot de constatatie dat dit al ingreep nummer 12 was!... Ik had verdorie een abonnement moeten nemen! ;-)
Abonneren op:
Posts (Atom)