Dag Va,
Hoe is 't ermee? Alles goed? Ja, 'k weet het, da's eigenlijk nogal een rare vraag. Zeker als gij inderdaad ook zijt, daar waar wij ons voorstellen dat gij zijt, hé... In mijn gedachten is dat nog altijd op een wolk ergens, met ne goeien trippel -uiteraard 'van 't schap', zeker gene kouwe- in de hand, en omringd door vrienden en familie, zoals grootva en Jean-Claude. 'k Weet ook wel dat ge dat niet voor eeuwig kunt doen, maar 't is een mooie voorstelling. Helemaal zeker ga ik 't vermoedelijk toch maar weten de dag dat ik zelf het tijdelijke voor het eeuwige inruil...
't Is vandaag alweer 7 jaar geleden dat wij jou, totaal onverwacht en na een erg nare val van de trap, noodgedwongen in die oneindige eeuwigheid moesten loslaten. Tijd gaat snel, de jaren vliegen haast voorbij. Ook als je iemand alle dagen mist. En toch lijkt de tijd soms net zo goed stil te staan. Zoveel dingen bleven exact zoals ze toen waren.
Ik praat nog altijd met je. Niet meer in persoon of langs de telefoon, dat klopt, maar de gesprekken -luidop of alleen in m'n hoofd- zijn nog steeds even hilarisch, wijs, belerend en/of gezellig, nét zoals ze vroeger altijd al waren. Zo dikwijls nog denk ik: "Onze va zou weer zoooooo fier op mij zijn nu!", en dan zie ik je innemende, breed lachende en genietende trotse snuit weer helemaal helder voor me, alsof je gewoon daar vlak bij me staat.
Je bent er nog steeds. Ik voel het zo vaak. Waar je ook naar toe verdween, volgens mij ging je nooit helemaal weg. Nooit echt vollédig weg. Dat kan eigenlijk ook niet, want je bent nog alle dagen in zoveel grote en kleine dingen aanwezig. In tastbare spullen, overal om me heen; in gedachten, te pas en te onpas en door alles heen flitsend in m'n hoofd; in herinneringen, hele mooie en ook minder fraaie, maar altijd als bouwstenen van mijn leven tot nu toe, én als basis naar de toekomst toe; in woorden, zoals ze af en toe onverwacht uit mijn mond komen vallen en waarbij ik meteen glimlachend denk "Da's juist onze va, die dat zei!"; in alle wijsheid, die je me willes nilles -graag of niet, luisteren zal je!- meegaf, en waar ik, ondanks alle vormen van verzet lang geleden, nú heel erg dankbaar voor ben, en die gekoesterd én vaak toegepast meegenomen worden voor de rest van mijn leven.
De tijd bleef sinds jouw afscheid ook stilstaan op een hele andere manier. Met een gelaten aanvaarding denk ik dan aan de zovele dingen die we nooit meer zullen doen, momenten die we nooit meer zullen beleven. Vaak zijn dat de meest onbenullige kleine zaken die zich met regelmaat herhaalden en waarvan we de waarde eigenlijk niet echt kenden... tot het zich nooit nog opnieuw zou voordoen. Met ons drieën -gij, ons moe en ik- gaan eten in de Ikea, bijvoorbeeld. Dat kan ik gerust weer met iemand anders een keer doen, desnoods elke week of zo. Maar da's toch nooit meer hetzelfde... Of zomaar, midden in de week, onverwacht en zonder reden, gezellig ergens een terraske gaan doen. Of, nog zoveel simpeler: een trippel drinken in den hof en dan alle bloemen en planten bewonderen. Den hof is er ondertussen ook al niet meer, en, geloof het of niet, nen trippel smaakt toch een pak minder goed sinds gij vertrokken zijt, zenne... En zo kan ik nog honderden, misschien zelfs duizenden dingetjes en momentjes opnoemen die nooit meer zullen zijn. Of toch zeker niet hetzelfde, als toen jij het 'veroorzaakte', of er, heel gewoon, alleen maar dat, nog bij was... Al die dingen zijn nu als bevroren in de tijd. Voor altijd.
Vandaag exact 7 jaar geleden stonden wij op dit eigenste moment met z'n allen om je bed op intensieve heen, ons moe en al jouw kinderen met hun partners. We hebben veel gepraat, herinneringen opgehaald, gelachen en gehuild. En terwijl jouw grote warme hart steeds langzamer ging slaan, om uiteindelijk tot volledige stilstand te komen, hielden we je allemaal vast en zong ik, met dikke, omlaag biggelende tranen onverstaanbaar snotterend, nog 'Guten Abend, Gut' Nacht' voor je. Het beeld van dat moment, dat ene moment in de eeuwigheid, staat voor zolang ik leef op mijn netvlies gebrand. Het zou een foto in een album kunnen zijn. Zoals de foto's die ik nog van je maakte toen je wat later opgebaard bij de begrafenisondernemer lag. Maar dat was jij al lang niet meer.
Jij, mijn vader, mijne vá, gij leeft voort in mij, en in mijn herinneringen én in mijn dagelijks leven. En in mijn broers en zussen, en hun kinderen. En in ons moe. En in de zovele, zóvéle mensen wiens leven jij aanraakte, mensen die jou, 'de Guy', net als wij, ook nog zo vaak missen. De meeste tranen om jou mogen dan ondertussen wel vergoten en opgedroogd zijn, gemist word je ondertussen toch nog altijd. Ja, zelfs al zijn er alweer 7 jaar voorbij...
En toch voelt het, voor mij dan toch, (ik val in herhaling, 'k weet het) alsof je nooit écht bent weggegaan. Af en toe verwacht ik nog steeds dat de deurbel gaat en jij weer op de mat staat. Gewoon. Niks aan de hand. Even op bezoek. Misschien passeer je ook wel écht eens, om te checken of ik oké ben of zo. Af en toe denk ik zelfs jouw aanwezigheid te kunnen voelen... Maar misschien beeld ik me dat alleen maar in. Wie zal het zeggen, hé. Vermoedelijk is er in deze wereld en alles om ons heen nog zo eindeloos veel wat onze menselijke zintuigen in al hun beperktheid net niet of totaal niet kunnen oppikken.
Maakt me niks uit. Voor mij ben je er nog. Natuurlijk niet meer als tastbare persoon, of als 'werkelijk' wereldlijk 'iets' (al kan ik het ook écht, ab-so-luuuuuut niet laten over de kruin van jouw borstbeeld te aaien en breed lachend "dag va!" te zeggen), maar meer als een soort energie, gevormd uit herinneringen, wijsheden, gevoelens, en zoveel meer. Een soort onzichtbaar, onhoorbaar, geur- en kleurloos 'iets', dat ik met regelmaat wél kan voelen, soms zelfs heel duidelijk, en waarmee ik zeker, als ik dat nodig heb, altijd een goeie babbel kan hebben. Zoals nu dus. Maar eigenlijk moet ge dan, om helemaal 'zjust' te zijn, dit hele epistel opnieuw lezen in 't taaltje dat wij zo ondereen brabbelden, hé... Maar als ik 't zo neergeschreven zou hebben, dan was er vermoedelijk niemand wijs uit geraakt. Of ze hadden het halverwege dik opgegeven. Heb ik gelijk of heb ik gelijk?!... hahaha
Alléj voa, woar da ge oek zé, ge zé noeit vaar weg, hej. En ge meugt gerust zaain: waai, en zeker ikke oek, waai zieng aa nog altaait eve geere, als 't ongdertusse zoe meugelaaik ni nog veule meejr geweurren is!... ;-)
Vader, 'k ben er mee weg. 'k Zal dit verhaal zo dadelijk eens posten, zie. En ik spreek u spoedig wel weer een keertje, hé. Wilt ge ondertussen een beetje extra over ons moe waken aub? Ge zult het al wel weten, maar ze mist u nog altijd verschrikkelijk en deze dagen zijn altijd extra lastig voor haar. Ze kan een beetje extra aandacht van een trippel-drinkend, gezellig monkelend en eigenwijs grinnikend wolkenzitterke echt wel gebruiken. Merciekes, hé, en tot gauw!
Groetjes,
Kristina Xxx
P.S. Wilt ge nu geloven dat ik in heel mijne computer geen enkel foto van u met nen trippel kon vinden?! Allé, toch tenminste niet eentje die ik al niet eens een keertje gebruikt had... Dan maar een foto met bubbels, hé, dat staat nog eens lekker feestelijk ook. Schol, en doe ze nog eens vol!... ;-)